PSV vindt veel talent bij Beerschot
Volg Voetbalkrant nu via WhatsApp!
Op dit moment kleurt 15% van de gehele PSV-jeugdopleiding Belgisch. In dit dossier vragen we ons af waarom Belgische talenten zo vaak voor PSV kiezen en spreken we met Belgische jeugdspelers die in het verleden de overstap naar Eindhoven hebben gemaakt.
Wat meteen opvalt wanneer we de PSV-Jeugdwebsite overlopen, is dat vele van de Belgische jeugdspelers werden weggehaald bij het huidige Beerschot AC. Zo werden ook de afgelopen zomer nog twee jonge talenten bij de jeugd van de Ratten weggehaald, met name Yasin Aalilou (11 jaar) en Sekou Sidibe (10 jaar).
We legden dan ook ons oor te luister bij Beerschot zelf. Daar beseffen ze dat er in het verleden goeie redenen waren om Beerschot te verlaten voor PSV, maar werken ze tegelijkertijd aan een plan om de eigen jongeren langer te behouden. We praten met Steven Smet, hoofd jeugdopleidingen van Beerschot. Hij ziet twee fundamentele verklaringen voor het vertrek van vele getalenteerde jeugdspelers.
Infrastructuur
Ten eerste is het verschil tussen de jeugdinfrastructuur van menig Belgische club en die van PSV zeer groot. Smet: “De Herdgang (trainingscentrum van PSV, red) is gewoon topklasse. Als je daar een rondleiding geeft aan de ouders en het spelertje in kwestie, dan worden zij automatisch aangetrokken. Alles ziet er daar heel leuk en professioneel uit.” Smet geeft aan dat Beerschot plannen heeft om de Wilrijkse pleinen te renoveren en er overal kunstgras te leggen. Op die manier moet het argument betere infrastructuur uitgevlakt worden, maar uiteraard is dit een werk van nog enkele jaren.
Doorstroming naar eerste elftal
Een tweede belangrijke reden waardoor Belgische jeugdspelers Beerschot (en ook andere eersteklasseclubs) de afgelopen jaren hebben verlaten voor Nederland, is omdat er weinig doorstromingskansen naar het eerste elftal waren. Steven Smet erkent dat dit in het verleden inderdaad een probleem is geweest. Toch wijst hij er op dat met de doorbraak van Alpaslan Öztürk de ommekeer bij Beerschot is ingeluid. “Alpaslan is uiteraard een godsgeschenk. We hebben hem nu voor 4,5 jaar vastgelegd, wat een mooi signaal is naar de eigen jeugdspelers toe. Hij is de eerste, maar zeker niet de laatste die zal doorbreken. We hebben momenteel zes spelers uit de eigen jeugd met een deeltijds profcontract die aan de deur van het eerste elftal kloppen”, aldus Smet.
Gevraagd naar de reden waarom er bij Beerschot nu ineens wél jongeren van eigen kweek hun kans krijgen, is het antwoord even simpel als duidelijk: “Patrick Vanoppen is zeer gecharmeerd door ons jeugdproject. Ook de figuur van Chris Van Puyvelde is zeer belangrijk. Je hebt immers iemand nodig die het doorgeefluik is tussen de jeugd en het eerste elftal.”
Eigen talent overtuigen
Hoewel Beerschot dus aan de weg omhoog timmert, zullen er voor de meest getalenteerde jeugdspelers altijd externe verlokkingen blijven bestaan. Aangezien spelers onder de zestien jaar geen contract kunnen tekenen, zijn zij immers ieder jaar vrij om van club te veranderen. Steven Smet beseft dat maar al te goed. “We moeten onze eigen talenten dan ook proberen overtuigen om hier te blijven. Bij ons kunnen ze een traject volgen waarbij hun eigen individuele ontwikkeling centraal staat. Ook onze goede contacten met het topsportonderwijs zijn daarin belangrijk”, argumenteert het hoofd jeugdopleidingen van Beerschot.
Protocol
Toch weet Smet dat er ook in de toekomst jeugdspelers zullen blijven vertrekken naar grotere (buitenlandse) clubs. Maar hij heeft er moeite mee dat jeugdspelers worden gecontacteerd zonder het medeweten van de opleidende club. Vooral Anderlecht en Genk zouden in dit bedje ziek zijn. Smet: “Ik vind dat van weinig respect getuigen voor de investering die wij in die speler hebben gedaan.” Hij roept dan ook op tot een protocol dat alle Belgische clubs moeten naleven, waarbij eerst een clubverantwoordelijke wordt aangesproken en pas daarna de speler in kwestie.
Opleidingsvergoedingen
Ten slotte klaagt de jeugdverantwoordelijke van Beerschot ook het systeem van de opleidingsvergoedingen aan. Die zouden volgens hem veel te laag zijn. “Stel dat een Beerschot-speler van vijftien naar Anderlecht trekt en daar enkele jaren later een profcontract tekent. Dan krijgen wij 5.000 euro per seizoen dat wij hem hebben opgeleid, startende vanaf twaalf jaar. Dat betekent concreet 15.000 euro. Dat is natuurlijk belachelijk weinig geld. De opleidingsvergoedingen moeten dan ook worden verhoogd. Dat is nodig om de kleinere clubs te beschermen tegen de grotere”, aldus een misnoegde Smet.
Let op: de opleidingsvergoedingen die clubs uit o.a. Engeland en Nederland moeten betalen wanneer ze een speler uit de Belgische competitie weghalen, zijn veel hoger dan wanneer er een binnenlandse transfer gebeurt. In het concrete voorbeeld dat Smet gebruikt, zou PSV geen 15.000 euro moeten betalen, maar 225.000 euro. Uiteraard is dit laatste ook de reden waarom Beerschot een jeugdspeler liever ziet vertrekken naar PSV dan naar Anderlecht of Genk.
In deel 2 van dit dossier kan u lezen waarom PSV zo geïnteresseerd is in Belgische talenten. Daarin spreken we onder meer met het hoofd van de jeugdscouting van PSV, Rini de Groot.
Schrijf je nu in voor de Voetbalkrant nieuwsbrief