EK -21: Italië en Servië spelen finale

Servië-Montenegro en Italië kwalificieerden zich vanavond voor de finale van het EK voor beloften in Duitsland. In de halve finales waren Zweden en Portugal de slachtoffers van dienst.

Zweden nam het in Bochum op tegen Servië-Montenegro, de ploeg van Anderlechtspeler Goran Lovré. Lovré startte in de basis, maar moest toezien hoe Zweden na 35 minuten spelen op voorsprong kwam. Babis Stefanidis legde de bal voorbij Milojevic. Nochtans was Servië-Montenegro uitstekend begonnen en dwong men enkele goede kansen af.
Bij rust werd Goran Lovré gewisseld, maar Servië zette probleemloos het offensief verder. Al hoe wel, niet helemaal probleemloos, want het enige wat niet lukte was scoren. De Zweden leken dan ook lang op weg naar de winst, tot Maric in de diepe blessuretijd toesloeg. De Serviër bracht zijn team langszij en dwong zo toch nog verlengingen af.

Aan twee spannende verlengingen kwam uiteindelijk pas na een half uur einde, toen de scheidsrechter aangaf dat penalties beslissing moesten brengen. Ook bij die penalties bleef het uiterst spannend, want de eerste tien spelers trapten feilloos hun penalty binnen. Ook de elfde vloog binnen, waarna de Zweed Stefanidis zijn penalty miste. Servië plaatste zich zo voor de finale, wat meteen ook kwalificatie voor de Olympische Spelen in Athene betekent.

Italië had in haar halve finale minder moeite met Portugal. Al na 25 minuten stond het 2-0 voor Italië. Gilardino en Pinzi namen elk een goal voor hun rekening. Oliveira bracht Portugal wat later terug in de wedstrijd, maar in de 77e minuut scoorde Gilardino de beslissende 3-1. Italië gaat zo ook naar de finale én naar Athene. Portugal krijgt nog een herkansing in de kleine finale om de derde plaats. De winnaar van die kleine finale (Portugal of Zweden dus) mag ook naar Athene.