Standard heeft een uitstekende zaak in de strijd om Europees voetbal. De Rouches klopten thuis een tienkoppig Racing Genk met het kleinste verschil.

Het was de thuisploeg die op de Luikse ijspiste de eerste kans kreeg, maar de vrije trap van Rapaic geraakte niet verder dan het zijnet. De intenties van Standard waren meteen duidelijk: scoren en winnen. Maar dat wilde ook Genk, want de Limburgers kwamen enkele keren goed opzetten. Toch waren vooral Bangoura en Walasiak dicht bij de 1-0, maar telkens lag er wel iets of iemand in de weg.

Tien minuten voor het einde van de eerste helft sloeg het noodlot toe voor de bezoekers. Jan Moons beroerde de bal lichtjes buiten de eigen zestien, waarop scheidsrechter Ver Eecke de rode kaart trok. De letter van de wet schrijft zo'n sanctie voor, maar de staat van het veld had best als verzachtende omstandigheid kunnen dienen. Maar het zij zo, Genk moest met tien verder.

Na de rust was Standard logischerwijs baas. Op het uur kreeg Karel Geraerts een dot van een kans, toen invallersdoelman Logan Bailly de bal loste. De ex-Bruggeling kon echter niet profiteren. Vijf minuten later was Conçeicao dicht bij een doelpunt, maar zijn schot vloog enkele centimeters naast. Een kwartier voor tijd was het dan toch raak. Bailly pakte eerst nog uit met een knappe redding, maar moest zich op de daaropvolgende corner toch gewonnen geven. De gelukkige doelpuntenmaker was Rapaic, die met zijn sublieme ingeving de Rouches 1-0 voor bracht.

In de slotminuten probeerde Genk nog uit te pakken met een offensief, maar het mocht niet baten. De grootste kans was voor Kevin Vandenbergh, die had kunnen scoren op voorzet van Beslija, maar zich liever liet vallen.

Standard wint zo de uitgestelde topper en komt weer op één punt van Racing Genk. De Limburgers zakken door de winst van Anderlecht naar de derde plek.