Interview Voetbalkrant sprak met Lorenzo Staelens
Foto: © SC
Volg Voetbalkrant nu via Instagram!
Hij had niet de snelheid van een Mpenza of de gouden toets van een Buffel. Ondanks het feit dat hij volgens velen een beperkte voetballer was, mogen we toch stellen dat hij één van de meest toonaangevende en succesvolste spelers van de jaren '90 was. Voetbalkrant had een gesprek met Lorenzo Staelens.
VK: Je begon je carrière bij WS Lauwe dat over een gouden generatie beschikte. Met Maes, Ducoulombier, Vanhaezebrouck en jezelf haalden er enkelen zelfs eerste klasse. Waren er spelers (buiten degenen die het gemaakt hebben) waarvan je dacht dat er voor hen een grote carrière was weggelegd?
Staelens:: Er waren er een aantal. Bart Maes, Lieven Vanhoenacker, Dick Tomme, en ik kan er gerust nog een aantal opsommen.
VK: Men zei in Lauwe altijd iets in de aard van : "Er waren veel betere spelers, maar die gooiden het weg, terwijl Lorenzo durfde investeren in zichzelf en voor zijn sport leefde. Dick Tomme ging naar Tielt in eerste provinciale voor het geld, terwijl Lorenzo Staelens naar Kortrijk ging voor zijn carrière.†Ga je met deze stelling akkoord?
Staelens: Voor je sport leven is één van de capaciteiten die je nodig hebt om de top te bereiken! Talent is onontbeerlijk, maar slechts een onderdeel van de zaken die je nodig hebt om er te geraken.
VK: Zoals gezegd ging je toen van Lauwe naar het toen nog grote Kortrijk. De stap van vierde naar eerste is natuurlijk niet van de minste. Wat waren je verwachtingen toen je op KVK aankwam?
Staelens: Ik heb nooitverwachtingen gesteld. Ik wou telkens zien of ik het niveau aankon. Dat is me altijd gelukt. Door geen hoge verwachtingen te stellen, maak je het immers jezelf gemakkelijk.
VK: Nog een typisch Lorenzo Staelens-verhaal is dat je zonder Leekens gedoemd was geweest tot een grijze carrière bij ploegen als KVK. Ben je één van die voetballers die op het juiste moment de juiste persoon tegenkwam?
Staelens: Ik ben met Leekens de juiste persoon tegengekomen, dat klopt. Maar dat geluk dwing je ook zelf af. Je probeert iedereen te overtuigen van je kwaliteiten. Stockman, Van Binst, Grijzenhout waren al voor Leekens overtuigd van mijn kunnen. Anderen geloofden dan niet echt in mij, maar het belangrijkste is geloven in jezelf!
VK: De volgende stap was er weer één om u tegen te zeggen. Van KVK ging het richting Club Brugge, waar je de mooiste jaren uit je loopbaan meemaakte. Was de stap van het kleine Kortrijk naar het grote Brugge geen shock? Ik neem aan dat de benadering van het spelletje meteen heel anders was.
Staelens: Ik had me bij mijn overgang naar Brugge voorgenomen om goed te staan bij mannen als Vanderelst en Ceulemans. Ik keek naar die jongens op. Maar ze bleken heel gewoon te zijn en ik werd direct aanvaard. Dat maakt een wereld van verschil. Ik heb er bij Brugge zien toekomen die in discussie gingen met Francky en de Caje en die hebben het niet gehaald.
De benadering werd serieuzer. Ieder jaar diende een prijs gehaald te worden en de druk werd groter. Maar prijzen binnenhalen is plezant.
VK: Het meestbesproken moment uit je carrière: de transfer naar Anderlecht. Iedereen wist dat je van kindsbeen af een Sportingfan was. Was het de keuze van het hart of van de portefeuille? Hoe voelde je je na die beruchte wedstrijd op Beveren enkele dagen nadat de transfer bekend raakte?
Staelens: Het was geen keuze. Ik wou nog drie jaar voetballen op het hoogste niveau en geraakte er met Club niet uit. Zij wilden enkel nog twee jaar met mij doorgaan. Daar lag het probleem. Pas daarna, toen ze in de kranten zagen dat ik er met Club niet uitkwam, is Anderlecht op de proppen gekomen. Beveren was een dieptepunt. Na negen jaar zo uitgefloten worden omdat je werkgever niet meer met je verder wil, is hard.
VK: Wellicht een zwarte dag in je loopbaan. De terugkeer naar Olympia. Meer dan 25.000 Clubfans die maar één iemand viseren en tot overmaat van ramp voor jou loopt scheidsrechter Anciaux er ook in en vlieg je nog voor de rust van het veld. Hoe voelde je je toen?
Staelens: Rot. Anciaux bewees later meermaals dat hij er niks van kent. Maar daar was ik op dat moment vet mee.
VK: De laatste transfer : Oita. Je verbrak er je contract. Was het leven in Japan zonder vrouw en kinderen ondraaglijk? Hoe was het niveau van werken daar?
Staelens: Leuke tijd, speciale cultuur, goed voetbal gebouwd op techniek en snelheid. Het probleem was het familiale. Het ligt ook niet bij de achterdeur. Het was voor vrouw en kinderen een hele opgave om er te geraken. Je bent 20 tot 22 uur onderweg. Neem daarbij het probleem van de jetlag, de taal en het afscheid nemen en je weet hoe zwaar het was.
VK: Er was even sprake dat je nog bij Moeskroen ging spelen. De officiële uitleg was; "Ik kan het fysiek niet meer aan". Was dat effectief zo of had je er genoeg van?
Staelens: Het was vooral mentaal. Ik had geen goesting meer in het spelletje. Die goesting is later stilaan teruggekomen. Als ik nu nog meespeel in Poperinge is dat echt nog uit plezier.
VK: Het trainershoofdstuk. Zowel bij Aalst als Moeskroen had je het ongeluk dat je voor de hoge ambities een heel beperkte kern ter beschikking kreeg. Zou je achteraf gezien nog deze banen aanvaarden? Heb je nog ambitie om op het hoogste niveau te trainen?
Staelens: Ik heb nog ambitie, maar ik moet nu wel de juiste keuze maken. Twee keer fout gegokt. Hoewel, Moeskroen was niet zo slecht. Alleen ben ik er gekomen toen het geld op was en er geen transfers meer konden gebeuren. Jongens als Pieroni en Laybutt heb ik zelf naar de club gehaald. Dan vind ik dat ik daar goed werk heb geleverd, dat echter niet is geapprecieerd.
VK: Momenteel ben je coach in Poperinge (eerste provinciale). De mensen vragen zich natuurlijk af : Wat doet de Lorre daar?
Staelens: Zoals ik al zei: ik doe het als hobby. Met plezier geef ik daar mijn trainingen en speel ik nog mee.
VK: Klopt het dat je bent beginnen minivoetballen?
Staelens: Ik speel volgend seizoen bij Latem in eerste nationale. Na mijn carrière wou ik nog van alles doen. Ik wou triatlons doen, marathons lopen, enzovoort. Maar na een tijd besefte ik dat er toch een bal bijmoest om plezier te beleven. Vandaar andere uitdagingen: minifoot en beachsoccer.
VK: Wat zijn je mooiste herinneringen bij de clubs waar je speelde?
Staelens: Bij Lauwe ongetwijfeld de uitschakeling van Waterschei in de beker van België. Waterschei had een heel sterke ploeg op dat moment en kwam wat overmoedig naar Lauwe. Lei Clijsters trapte de beslissende penalty richting het Lauwse rusthuis. We werden in de volgende ronde uitgeschakeld na verlengingen op SV Waregem, dat toen in de Uefa-beker AC Milan uitschakelde. Ook mijn tweede seizoen bij Kortrijk , toen we lang meespeelden voor Europees ticket. Bij Club onthoud ik vooral mijn eerste titel in 1990. En bij Anderlecht is de Champions League-campagne van 2000 iets wat altijd zal bijblijven. Bij Oita onthoud ik vooral de ervaring die ik er opdeed. Wat de nationale ploeg betreft ben ik op fier mijn prestaties op het WK '98.
VK: Er zullen ongetwijfeld ook slechte herinneringen zijn, mogen we deze weten?
Staelens: Over Lauwe en Kortrijk zou ik niemand iets kunnen zeggen dat ook maar op een slechte ervaring zou kunnen lijken. Bij Club kwam het jaar zonder Europees voetbal hard aan. Ook een slecht moment was gedurende mijn eerste jaar bij Anderlecht toen ik 8 weken geblesseerd uitviel. Met Oita was het niet behalen van de promotie ook een domper en bij de nationale ploeg steekt het me toch wel dat we nooit een tweede ronde gehaald hebben op een groot tornooi.
VK: Wie waren de beste spelers waar je mee samenspeelde bij je ploegen?
Staelens: Bij Lauwe was dat ongetwijfeld Bart Maes. Bij Kortrijk Maxime Vandamme. Die moest op een veel te jonge leeftijd stoppen met voetballen omwille van een heupletsel. Jan Koller was volgens mij de beste in mijn Sporting-periode. Bij Oita: Akira Kaji, nu in de nationale ploeg van Japan en bij de nationale ploeg en bij Club was dat natuurlijk Jan Ceulemans. Meteen ook even de beste trainer aanstippen: Aimé Antheunis: hij kon gewoon met iedereen werken.
K: Je dochter tennist. Is Staelens Junior een talent in wording? Zal dochter Staelens de nieuwe Clijsters worden?
Staelens: Dat is allemaal niet belangrijk. Ze doen sport, ze amuseren zich, ze moeten zichzelf zijn, niet iets wat vader of moeder zou willen dat ze worden. Ze dromen waarschijnlijk wel van later een goede speler of speelster te worden. Maar wie droomt daar niet van.
De realiteit is dat de toekomst het zal uitwijzen en dat de verwachtingen niet te hoog mogen liggen.
VK: Wat zijn de toekomstplannen?
Staelens: Ik kan niet in de toekomst kijken en plan ook niet. We zien wel wat ons overvalt. Voorlopig houden we ons bezig met Poperinge en we zien wel wat er allemaal nog volgt.
Door Franky Ledoux
Schrijf je nu in voor de Voetbalkrant nieuwsbrief