Analyse Seizoensanalyse Zulte Waregem

Ruben Claesen
| 0 reacties
Seizoensanalyse Zulte Waregem
Foto: © SC
Word fan van Zulte Waregem! 790

Over seizoensrevelatie Zulte Waregem is al zó veel verteld, dat het qua media-aandacht best vergeleken mag worden met Club Brugge, Anderlecht en Standard. Zo zijn we al te weten gekomen dat Nathan D’Haemers in een familiebedrijf werkt, Fracky Dury graag managers in de Gaverbeek gooit én dat voorzitter Willy Naessens voor alle duidelijkheid niét de vader is van Pascale. Maar ook in de tribunes van het Regenboogstadion viel in de jaargang ’05-’06 veel te beleven.
 
In de eerste ronde werd het voetbal van Essevee meermaals bestempeld als het beste van België. Brein achter het tactische plan is Frankcy Dury, die zijn spelers steeds erg sluwe richtlijnen meegaf. Volgens Dury zelf zijn het nog altijd de spelers die de klus moeten klaren, maar de rol van de trainer mag niet onderschat worden. De trainers zijn de eerste die kritiek krijgen als het slecht gaat, dan mogen zij ook als eerste de hemel in geprezen worden.
 
De basis van Dury’s elf werd gevormd door twee betrouwbare doelwachters. Pieter Merlier was sterk op de lijn en bovendien verbaal sterk, maar viel in de loop van de heenronde uit met een blessure, die aansleepte tot even na de winterstop. Zijn vervanger Björn Sengier deed het eveneens naar behoren.
 
De verdediging dan. Dury hield gedurende het volledige seizoen een viermansverdediging aan. Op rechts bewees Frédéric Dupré meermaals zijn kwaliteiten, nadat die eerst miskend werden door AA Gent. Centraal speelde Tjörven De Brul nog eens een nagenoeg volledig seizoen, en dat op erg regelmatige basis. Naast hem stond patron Stefaan Leleu, die met zijn leidinggevende kwaliteiten een groot aandeel had in het superseizoen dat SVZW doormaakte. Op links paste Stijn Minne zich ook probleemloos aan aan het niveau van de Jupiler League.
 
Op het middenveld stonden er op papier drie centrale middenvelders, hoewel Tony Sergeant (foto), die met zijn infiltraties menig verdediging de stuipen op het lijf jaagde, dicht tegen Salou Ibrahim speelde. Ludwin Van Nieuwenhuyze en Matthieu Verschuere, waarschijnlijk het duo met het meeste loopvermogen van heel België, vormden het defensieve middenveld. De flanken werden bevolkt door Nathan D’Haemers (rechts) en Stijn Meert; beiden scoorden trouwens opvallend veel.
 
Zulte Waregem was veelal afhankelijk van Salou Ibrahim, die geen echte concurrentie kende. Tim Matthys was dan wel supersub, maar was geen optie als centrum-spits. Silvio Breleur en Gunter Thiebaut waren dat wél, maar sukkelden met blessures en het vormpeil. De Ghanees ontgoochelde echter niet en deed meermaals van zich spreken. 9 doelpunten uit 28 wedstrijden is weliswaar niet indrukwekkend veel, maar een spits moet niet altijd afgerekend worden op goals. De bijna-Belg deed zijn ploeg beter voetballen en creëerde ruimte voor de opkomende flanken.
 
Zulte Waregem draaide dus een opperbest seizoen in de subtop van de rangschikking. Qua transfers waren er mee- en tegenvallers. Tjörven De Brul, Tim Matthys, Frédéric Dindeleux, Salou Ibrahim en Matthieu Verschuere toonden hun meerwaarde. Jonas Vandermarliere is een man voor de toekomst, terwijl Ludovic Buyssens, , Silvio Breleur en Gunter Thiebaut te kort schoten. 
 
Voor volgend seizoen moet er dus vooral uitgekeken worden naar sterke aanvallers, die de rol van Salou Ibrahim (foto) kunnen overnemen. Hopelijk haalt Dury het niet in zijn hoofd zijn spelsysteem om te gooien, nu de Ghanees vertrekt. Want het pressing-voetbal dat de spelers in de lelijkste truitjes van eerste klasse brachten, was vooral in de heenronde een plezier om te zien.
            
Corrigeer
Fout gevonden in bovenstaand artikel? Meld het hier!

Schrijf je nu in voor de Voetbalkrant nieuwsbrief

Meer nieuws

Meer nieuws

Populairste artikels

Jupiler Pro League

Nieuwste reacties