Analyse Analyses 2006/2007 - K Ronse SK
Foto: © SC
Word fan van SK Ronse! 7
1. Inleiding
Het leek nochtans goed te gaan met de club die sinds kort ook over een volwaardige infrastructuur beschikte en die zelfs plannen had om deze nog verder uit te breiden. De stad zou de club hierin steunen en steekt ook geregeld een handje (en enkele bankbiljetten) toe. Dit seizoen echter lijkt het voortbestaan van de club plots in gevaar. Er zou een accuut gebrek zijn aan liquide middelen en de steun van de stad blijkt niet langer afdoend. De afbetaling van het stadion weegt op het budget en ook de sponsors laten het afweten.
De stad Ronse leverde een lichtinstallatie, bouwde mee de nieuwe statribune en levert nu ook budgetten voor de jeugd en een vast medewerker voor alle onderhoud. De budgetten daalden echter en ook binnen dit kleinere budget is er een steeds kleiner percentage beschikbaar voor de sportieve uitbouw. Dit maakt dat de club veel spelers diende te laten gaan.
2. De Ploeg
De geruchten deden de ronde dat de lonen niet uitbetaald werden en dat de club op zoek moest naar spelers die bijna voor een minimumloon willen spelen. De zwaarst wegende contracten werden ontbonden en hierdoor zag Ronse dan ook vele van zijn betere spelers vertrekken waaronder Malik Boukhelifa, Djinks Dimvola, Olivier Hernout, Nouhass, Aziz El Kanchaf, Stephane Zebre, Thaddée Gorniak en Monteiro Ferreiro Rubenilson. Hiermee verdween bijna een complete ploeg en is het evident dat de bouw van een nieuwe ploeg zich opdringt. Doordat er veelal contracten ontbonden dienden te worden verdiende de club ook weinig aan deze overgangen.
Ook ziet de club zich genoodzaakt – door de geringe cashflow – rustig te blijven op de transfermarkt. Bij de nieuwkomers voorlopig weinig bekende publiekstrekkers. Norman Sylla kan best een verrassend goede aanvaller blijken die toch enige adelbrieven kan voorleggen en zo brengt Christophe Préseaux dan weer veel tweedeklasse-ervaring mee. Maar ook hen kan je moeilijk omschrijven als zijnde bekende spelers. De broertjes Ludovic en Philippe Buyssens beschikken dan weer over talent, maar wisten bij hun respectievelijke eersteklasseclub toch niet door te breken. Recentelijk werden er nog drie namen aan de kern toegevoegd. Het gaat telkens om op het eerste zicht degelijke spelers, doch steeds om vrij onbekende namen : Tom Bruggeman, Julien Peres en Kevin Lefranc. Ook werden nog Bart Mathijs , Bruno Ros en Said Karani aangetrokken.
Het wordt een moeilijk jaar voor Ronse en ook de trainer beseft dit ten volle. In interviews enkele weken geleden liet hij zich al ontvallen dat er zeker nog 8 valabele spelers moeten bijkomen. Bovendien zal het niet eenvoudig zijn om in de korte tijd die nog rest voor de competitie een hecht blok te vormen. De voorzitter is eveneens eerlijk genoeg om toe te geven dat het op geen enkel vlak eenvoudig zal worden voor zijn ploeg dit seizoen.
3. Geschiedenis
SK Ronse is de zoveelste een fusieclub in tweede nationale. In 1987 beslisten ASSA Ronse en Club Ronse om samen verder te gaan onder de naam SK Ronse en met stamnummer 38. De oudste Ronsense club was Association Sportive Renaisienne met stamnummer 38. De club zag het daglicht in de zomer van 1907 en speelde in groen-witte uitrusting. Een afscheuring binnen de club in 1908 omwille van godsdienstige twisten zorgde voor de oprichting van een nieuwe en concurrerende beweging : de Football Club Renaisien. Deze speelde in geel-blauw en had stamnummer 46. In 1919 veranderde ASSA de clubkleuren in rood-wit. Beide ploegen speelden op een boogscheut van elkaar hun wedstrijden en aanvankelijk lagen de terreinen zelfs in dezelfde straat. Het eerste onderlinge duel dateert van 1911 en bracht naar de normen van die tijd vele bezoekers op de been.
Vanaf 1922 veranderde Club van terrein en ook de kleuren werden omgetoverd in blauw-wit. Datzelfde jaar huldigde ook ASSA zijn nieuwe terreinen in. Aanvankelijk speelde ASSA in tweede nationale. Er diende gedegradeerd te worden in 1926 bij de toenmalige ‘voetbalhervorming’. De clubs groeiden tijdens het interbellum naar elkaar toe wat betrof sportieve resultaten en in de derde afdeling troffen ze elkaar opnieuw. Wederom werden felle duels uitgevochten die veel volk bijeen brachten.
Na de oorlog groeiden de beide teams echter uit elkaar op sportief vlak. Begin de jaren ’50 stond Raymond Goethals nog onder de lat bij Assa dat toen reeds in bevordering speelde (huidige derde klasse). In de jaren ’60 gleden ze daaruit ook weg en tegen begin de jaren ’70 bengelde de club onderaan in de provinciale reeksen. Ook Club kon zich uiteindelijk niet handhaven en medio jaren ’80 speelden beiden in de provinciale reeksen. Hierdoor groeide de aanhang voor een fusie en één succesvolle club. Deze volgde in 1987. De grote drijvende kracht achter deze fusie was Orphale Crucke en uit eerbetoon kreeg het stadion zijn naam. Ronse steeg in 1991 naar bevordering en wist in 2000 de promotie naar derde nationale af te dwingen. In 2002 volgde tweede klasse. In tweede was een achtste stek het beste resultaat tot hiertoe en vorig jaar diende tot diep in het seizoen gevochten te worden voor het behoud.
4. Infrastructuur
De club beschikt over een prima stadion dat nog maar recentelijk volledig ingericht werd. De stad hielp de club aan een nieuwbouw statribune en de hoofdtribune biedt alle moderne comfort. Er bestaan zelfs plannen om ook achter de doelen ooit tribunes te bouwen. Tot hiertoe echter lijkt daar geen nood toe te zijn gezien de 5200 plaatsen meer capaciteit bieden dan tot hiertoe bleek nodig te zijn. De stad schonk enkele jaren geleden ook een prima lichtinstallatie waardoor ook zaterdagavondvoetbal nu tot de mogelijkheden behoort.
5. Prognose
Gezien de financiële perikelen, de beperkte kern en de late aansluiting van de nodige spelers ziet het ernaar uit dat Ronse alvast geen rustig seizoensbegin tegemoet gaat. Het zal nog moeten blijken of de versterkingen goed genoeg zijn om de club in tweede te houden, zeker daar ze niet op elkaar ingespeeld zullen zijn en daardoor uiteraard punten zullen verliezen in de aanvangsfase. Onze prognose is dat Ronse in de laatste groep zal eindigen en ergens vrezen we dat we hen toch onder de degradatiekandidaten moeten zien. Maar ze hebben uiteraard 34 wedstrijden om ons ongelijk te bewijzen.
S.K. Ronse kwam het afgelopen jaar vaak negatief in het nieuws. Er was de betrokkenheid in de zaak Ye, waarbij volgens Humo maar liefst vijf wedstrijden door de spelers verkocht werden in het seizoen 2004-2005. De club zelf ging niet in op het rechtstreekse aanbod van Ye om de sportieve touwtjes uit handen te krijgen in ruil voor 1 miljoen Eur, maar ‘de gokchinees’ zou meerdere spelers persoonlijk benaderd hebben. Volgens spelers en bestuur zouden Daniel Camus (hij wéér), Hocine Chebaiki en Moustapha Douai mee in het complot zitten. De twee laatsten verkasten naar ... jawel het zeer dubieuze Finse Allianssi.
Het leek nochtans goed te gaan met de club die sinds kort ook over een volwaardige infrastructuur beschikte en die zelfs plannen had om deze nog verder uit te breiden. De stad zou de club hierin steunen en steekt ook geregeld een handje (en enkele bankbiljetten) toe. Dit seizoen echter lijkt het voortbestaan van de club plots in gevaar. Er zou een accuut gebrek zijn aan liquide middelen en de steun van de stad blijkt niet langer afdoend. De afbetaling van het stadion weegt op het budget en ook de sponsors laten het afweten.
De stad Ronse leverde een lichtinstallatie, bouwde mee de nieuwe statribune en levert nu ook budgetten voor de jeugd en een vast medewerker voor alle onderhoud. De budgetten daalden echter en ook binnen dit kleinere budget is er een steeds kleiner percentage beschikbaar voor de sportieve uitbouw. Dit maakt dat de club veel spelers diende te laten gaan.
2. De Ploeg
De geruchten deden de ronde dat de lonen niet uitbetaald werden en dat de club op zoek moest naar spelers die bijna voor een minimumloon willen spelen. De zwaarst wegende contracten werden ontbonden en hierdoor zag Ronse dan ook vele van zijn betere spelers vertrekken waaronder Malik Boukhelifa, Djinks Dimvola, Olivier Hernout, Nouhass, Aziz El Kanchaf, Stephane Zebre, Thaddée Gorniak en Monteiro Ferreiro Rubenilson. Hiermee verdween bijna een complete ploeg en is het evident dat de bouw van een nieuwe ploeg zich opdringt. Doordat er veelal contracten ontbonden dienden te worden verdiende de club ook weinig aan deze overgangen.
Ook ziet de club zich genoodzaakt – door de geringe cashflow – rustig te blijven op de transfermarkt. Bij de nieuwkomers voorlopig weinig bekende publiekstrekkers. Norman Sylla kan best een verrassend goede aanvaller blijken die toch enige adelbrieven kan voorleggen en zo brengt Christophe Préseaux dan weer veel tweedeklasse-ervaring mee. Maar ook hen kan je moeilijk omschrijven als zijnde bekende spelers. De broertjes Ludovic en Philippe Buyssens beschikken dan weer over talent, maar wisten bij hun respectievelijke eersteklasseclub toch niet door te breken. Recentelijk werden er nog drie namen aan de kern toegevoegd. Het gaat telkens om op het eerste zicht degelijke spelers, doch steeds om vrij onbekende namen : Tom Bruggeman, Julien Peres en Kevin Lefranc. Ook werden nog Bart Mathijs , Bruno Ros en Said Karani aangetrokken.
Het wordt een moeilijk jaar voor Ronse en ook de trainer beseft dit ten volle. In interviews enkele weken geleden liet hij zich al ontvallen dat er zeker nog 8 valabele spelers moeten bijkomen. Bovendien zal het niet eenvoudig zijn om in de korte tijd die nog rest voor de competitie een hecht blok te vormen. De voorzitter is eveneens eerlijk genoeg om toe te geven dat het op geen enkel vlak eenvoudig zal worden voor zijn ploeg dit seizoen.
3. Geschiedenis
SK Ronse is de zoveelste een fusieclub in tweede nationale. In 1987 beslisten ASSA Ronse en Club Ronse om samen verder te gaan onder de naam SK Ronse en met stamnummer 38. De oudste Ronsense club was Association Sportive Renaisienne met stamnummer 38. De club zag het daglicht in de zomer van 1907 en speelde in groen-witte uitrusting. Een afscheuring binnen de club in 1908 omwille van godsdienstige twisten zorgde voor de oprichting van een nieuwe en concurrerende beweging : de Football Club Renaisien. Deze speelde in geel-blauw en had stamnummer 46. In 1919 veranderde ASSA de clubkleuren in rood-wit. Beide ploegen speelden op een boogscheut van elkaar hun wedstrijden en aanvankelijk lagen de terreinen zelfs in dezelfde straat. Het eerste onderlinge duel dateert van 1911 en bracht naar de normen van die tijd vele bezoekers op de been.
Vanaf 1922 veranderde Club van terrein en ook de kleuren werden omgetoverd in blauw-wit. Datzelfde jaar huldigde ook ASSA zijn nieuwe terreinen in. Aanvankelijk speelde ASSA in tweede nationale. Er diende gedegradeerd te worden in 1926 bij de toenmalige ‘voetbalhervorming’. De clubs groeiden tijdens het interbellum naar elkaar toe wat betrof sportieve resultaten en in de derde afdeling troffen ze elkaar opnieuw. Wederom werden felle duels uitgevochten die veel volk bijeen brachten.
Na de oorlog groeiden de beide teams echter uit elkaar op sportief vlak. Begin de jaren ’50 stond Raymond Goethals nog onder de lat bij Assa dat toen reeds in bevordering speelde (huidige derde klasse). In de jaren ’60 gleden ze daaruit ook weg en tegen begin de jaren ’70 bengelde de club onderaan in de provinciale reeksen. Ook Club kon zich uiteindelijk niet handhaven en medio jaren ’80 speelden beiden in de provinciale reeksen. Hierdoor groeide de aanhang voor een fusie en één succesvolle club. Deze volgde in 1987. De grote drijvende kracht achter deze fusie was Orphale Crucke en uit eerbetoon kreeg het stadion zijn naam. Ronse steeg in 1991 naar bevordering en wist in 2000 de promotie naar derde nationale af te dwingen. In 2002 volgde tweede klasse. In tweede was een achtste stek het beste resultaat tot hiertoe en vorig jaar diende tot diep in het seizoen gevochten te worden voor het behoud.
4. Infrastructuur
De club beschikt over een prima stadion dat nog maar recentelijk volledig ingericht werd. De stad hielp de club aan een nieuwbouw statribune en de hoofdtribune biedt alle moderne comfort. Er bestaan zelfs plannen om ook achter de doelen ooit tribunes te bouwen. Tot hiertoe echter lijkt daar geen nood toe te zijn gezien de 5200 plaatsen meer capaciteit bieden dan tot hiertoe bleek nodig te zijn. De stad schonk enkele jaren geleden ook een prima lichtinstallatie waardoor ook zaterdagavondvoetbal nu tot de mogelijkheden behoort.
5. Prognose
Gezien de financiële perikelen, de beperkte kern en de late aansluiting van de nodige spelers ziet het ernaar uit dat Ronse alvast geen rustig seizoensbegin tegemoet gaat. Het zal nog moeten blijken of de versterkingen goed genoeg zijn om de club in tweede te houden, zeker daar ze niet op elkaar ingespeeld zullen zijn en daardoor uiteraard punten zullen verliezen in de aanvangsfase. Onze prognose is dat Ronse in de laatste groep zal eindigen en ergens vrezen we dat we hen toch onder de degradatiekandidaten moeten zien. Maar ze hebben uiteraard 34 wedstrijden om ons ongelijk te bewijzen.
Schrijf je nu in voor de Voetbalkrant nieuwsbrief