Interview VK sprak met youngsters Tim en Vinnie
Foto: © SC
Volg Voetbalkrant nu via Instagram!
Een zonnige voormiddag op het Eilandje. We ontmoeten de toekomst van Germinal Beerschot. Maar daar zitten we misschien al fout. Vincenzo Verhoeven en Tim Vleminckx zijn het heden van Germinal Beerschot. Maar door hun talent, hun positieve instelling en hun clubliefde beloven ze dat nog zeer lang te zijn. Een gesprek met het jonge geweld van het Kiel.
door onze redacteur: Phil Van den Bossche
door onze redacteur: Phil Van den Bossche
VK: Jullie hebben een dagje vrij. Wil dat zeggen dat jullie gisteren zijn uitgegaan?
Vincenzo: We zijn gisteren met de hele ploeg gaan eten in de Pizza Arte op de Suikerrui en daarna nog iets gaan drinken.
VK: Is woensdag een vaste vrije dag?
Tim: Nee, helemaal niet. Die vrije dag was gepland, omdat we gisteren dan nog eens met de hele ploeg zouden wegkunnen. We hebben bijna nooit een dag vrij, normaal alleen de dag na een wedstrijd.
VK: Jullie zijn vorige zomer, samen met Jasper Vermeerbergen (die er wegens schoolverplichtingen niet kon bij zijn, red.) , uit de jeugd van Germinal Beerschot gepromoveerd naar de A-kern. Missen jullie de jeugdreeksen waarin jullie elke week een basisplaats hadden?
Tim: Nee, ik mis dat niet. De jeugdreeksen zijn ook heel competitief. Bij de duveltjes en de preminiemen speel je nog puur voor het plezier. Maar daarna komt de drang om altijd hoger te klimmen, eerst de -19 jarigen, dan de reserven en uiteindelijk de A-kern. Nu ik daar ben, zou ik absoluut niet meer terug willen. Ik wil op dit niveau blijven vechten voor mijn plaats.
VK: Vertel eens hoe jullie loopbaan er als jeugdspeler uitzag.
Vincenzo: Eerst 3 jaar bij den Antwerp (schaterlacht). Nee, ik speel hier sinds mijn vier jaar. Ik ben nu bezig aan mijn 16de seizoen bij Germinal Beerschot.
VK: Germinal Beerschot, zeg je toch!
Vincenzo: Ja, het is onze naam, hé. Ik apprecieer Germinal Beerschot zeer hard en zonder Germinal had Beerschot niet meer bestaan. Maar in mijn hart ben ik nog altijd Beerschot, ja.
VK: En jouw carrière, Tim?
Tim: Ik ben begonnen als duveltje bij KFCO Wilrijk tot de kadetten, 6 jaar in totaal. Dan heb ik 1 jaar bij Strombeek gevoetbald (derde nationale, red.). Daarna kwam ik terecht bij KV Mechelen waar ik 3 jaar speelde. Dit seizoen is het 4de bij Germinal Beerschot.
VK: Wat was voor jullie het hoogtepunt in jullie carrière tot nu?
Tim: Zeker de wedstrijd tegen Standard (24/11/2006) toen ik de eerste keer aan de aftrap verscheen. Ik was toen super nerveus voor de match, maar eens je vertrokken bent, voel je dat niet meer. Ik moest toen spelen op De Camargo (die na een donkerrode fout op Vleminckx geen kaart kreeg en daarna nog 2 doelpunten scoorde, red.) en Jovanovic. Ik denk dat ik in die wedstrijd niet door de mand ben gevallen. Ik heb wel een paar foutjes gemaakt, maar het was zeker geen slechte wedstrijd. Ik was toen wel tevreden achteraf.
Vincenzo: Voor mij was dat mijn eerste selectie thuis tegen Bergen (19/08/2006) waarin ik bijna mocht invallen, dit was dan zonder die 4de scheids gerekend, die vond dat de tijd verstreken was (lacht).. Gewoon die eerste keer mogen opstaan uit de dugout en beginnen opwarmen. Ik las achteraf een sms van een supporter die schreef: “Opwarmen is geen ereronde lopen†(lacht). Zo gelukzalig zag ik er dus blijkbaar uit. Ik heb nog hoogtepunten, maar puur carrièrematig moet ik toch wel dit kiezen.
VK: Was het een grote aanpassing om bij de profs terecht te komen?
Tim: Qua omgang met de spelers ging dat heel snel. We konden het direct goed vinden met de rest. Alleen het aantal trainingen was wel een aanpassing. We gingen plots van 4 avondtrainingen naar 2 trainingen per dag en dat was toch wel even wennen. Maar eens we fysiek sterker waren geworden, was dat totaal geen probleem meer.
VK: Is het voetbal in de Belgische eerste klasse van een niveau waarin jullie meekunnen?
Vincenzo: Dat lijkt wel zo, ja. Maar ik heb het tot nog toe alleen van op de bank kunnen aanschouwen.
Tim: Ik denk dat we alletwee nog veel progessiemarge hebben en dat we met de tijd wel zullen kunnen meedraaien. Nu misschien nog niet, omdat we nog niet genoeg spelervaring hebben kunnen opdoen. Maar als we ook daarin groeien, moet dat volgens mij zeker kunnen.
VK: Is er een match die jullie hebben aangestipt waarin jullie graag nog zouden spelen?
Vincenzo: Dit seizoen? Want voor volgend seizoen weet ik het wel (lacht, alludeert op mogelijke promotie van Antwerp, red.). Nee, voor dit seizoen speelt dat echt geen rol. Als ik mijn minuten maar kan spelen. Welke match dat is, maakt mij niet uit. Maar misschien wel liever thuis, als ik mag kiezen.
VK: Jullie hebben alletwee een contract tot juni 2008. Blijven jullie bij Germinal Beerschot?
Vincenzo: Als aanvaller moet je altijd rekening houden met wie er bijkomt. Zoals dit seizoen bijvoorbeeld, je moet het zeggen zoals het is: het zijn allemaal grote namen. Dan is het heel moeilijk om hen als jonge gast hun plaats af te nemen. Je kan van hen heel veel leren, je kan er een beetje tegen opboksen, maar op dit moment kan ik er nog niet overgaan. Je moet daar realistisch in zijn. Als jonge speler moet je ook geluk hebben. Schorsingen of blessures (en pas op, dat wens ik niemand toe) van collega’s zijn kansen die je als jonge speler moet grijpen. De coach kan nu ook niet experimenteren, hé. Moest hij Cavens voor mij naar de bank schuiven en dat moest mislukken, dan gaat zijn kop eraf en die van mij ook (lacht). Maar ik heb geduld en als mijn kans komt, dan probeer ik die te grijpen.
Tim: Als je de 28 namen van de kernspelers bekijkt, dan kan je bijna niet anders dan vaststellen dat dit de sterkste kern is sinds het ontstaan van Germinal Beerschot. De bekerploeg was ook heel sterk, maar puur kwalitatief is deze kern beter. Dus is het ook moeilijker om als jongeling je plaats af te dwingen.
VK: Staat het team waar het moet staan in de rangschikking volgens jullie?
Tim: Nee, we moeten hoger staan. We staan onder onze waarde geklasseerd, omdat we teveel punten hebben verloren door domme fouten, foute beslissingen en pech.
Vincenzo: En we hebben te weinig het geluk aan onze kant, wat topploegen als Anderlecht bijvoorbeeld veel gemakkelijker kunnen afdwingen. Het moet soms ook gewoon meezitten.
VK: Wat vinden jullie van de huidige spelbezetting (3-5-2)? Is dat een systeem waarmee Marc Brys verder moet volgens jullie?
Tim: We hebben een hele tijd 4-4-2 gespeeld. Toen speelden we goed voetbal en hadden we bijna altijd het meeste balbezit, maar heel veel punten hebben we met dat systeem niet gepakt. We werken nu meer en meer naar het huidige systeem waarin we ook mooi voetbal kunnen brengen en wel punten pakken. Dus ik denk dat we wel op die manier verder spelen.
Vincenzo: De flanken komen er nu ook veel beter door. Losada is een fantastische flankspeler die je als tegenstander niet graag ziet komen. Op links loopt er dan Pietje (Monteyne) en die heeft de beste fysiek van Europa. Als die zijn flank afloopt kunnen de middenvelders regelmatig mee infiltreren. En bij balverlies hebben we een 5-mansverdediging. Ik zie dat wel graag, dit systeem.
VK: Klitten jullie als jongeren samen op training en na de wedstrijd?
Tim: Nee, we hebben ons nooit afgezonderd. Wij zijn direct goed opgevangen in de groep. Ik trek vooral op met Kurt Van Dooren, Didier Dheedene en Pieter-Jan Monteyne. Ik kan van hen veel leren. Dat zijn spelers met veel ervaring, die weten het gewoon. Punt.
Vincenzo: Bij mij zijn het vooral François (Sterchele) en Jurgen (Cavens). Zij ontfermen zich over mij op training. Ook anderen, maar zij meer omdat we op de zelfde positie spelen. Zij geven mij raad en ik voel echt dat ze in mij geloven. (Sterchele zei onlangs nog in voetbalmagazine van 09/08/2006: “Ik zie Vincenzo op het zelfde niveau als mezelf. Ik verwacht dat die jongen volgend seizoen nog iets dichter tegen een basisplaats zal aanleunen dan nu, maar hij is iemand om ook op dit moment al in de gaten te houdenâ€, red.) Ze geven ook veel kritiek, waar ik altijd veel aan heb. Want het moment dat ze niets meer zeggen, zien ze in u geen toekomst meer.
VK: Het gaat dus niet louter om concurrentie?
Vincenzo: Nee, totaal niet. Want dan kom je er ook niet. Wij zijn echt een heel goede groep. Een paar maanden geleden werd in de pers gesuggereerd dat Brys bijvoorbeeld niet goed meer in de groep lag, maar het tegendeel is waar. Gisteren in het restaurant waren we er allemaal bij, ook de complete trainersstaf. En dat is altijd een gezellige boel. Brys staat ook een beetje boven de groep, want hij is nu eenmaal de trainer. Maar als het kan, dan staat hij gewoon tussen ons. Hij luistert ook echt naar ons. Als er bijvoorbeeld vanuit de groep een signaal wordt gegeven dat we vermoeid zijn, dan is hij de eerste om daarover na te denken en eventueel zijn trainingsschema aan te passen. Dat vind ik heel belangrijk.
VK: Vincenzo, op de website werd nooit bericht over je contractverlenging. Tegelijk laat Jos Verhaegen in de pers vallen dat ze de jeugd maar beter kunnen laten vallen. Voelen jullie je genoeg gesteund door het bestuur?
Vincenzo: Jawel. Zie, er is beslist om dat niet op de website te zetten, omdat ze dachten dat dat teveel extra druk zou geven. Zie, Tim en Jasper hebben hun contract aan het begin van het seizoen gekregen en bij mij was het nog niet zeker of ik bij de A-kern zou blijven. Maar ik heb dan een heel goede voorbereiding gehad (Verhoeven vond 7 keer de weg naar het doel, red.) en dat is mijn geluk geweest. Ik heb een tijd zonder contract gespeeld, maar in novemebr werd ik dan toch naar boven geroepen om mijn eerste contract te tekenen. Dat is toch een blijk van waardering. En wat de jeugd betreft: een speler die echt wil blijven, die blijft gewoon en vertrekt niet onmiddellijk naar een grote ploeg.
Tim: Als het bestuur je een contract geeft voor de A-kern wil dat toch zeggen dat ze vertrouwen hebben en ze je willen houden op de club. Dan ben je geen tweede keus meer, denk ik.
VK: Hoe is jullie relatie met de supporters?
Vincenzo: Ik ben al een paar keer verrast geweest. Dat we op de bank zaten en Tim tegen me zei: “Gij vraagt die spandoeken aan, zeker?†(lacht). Dat geeft me wel een heel goed gevoel dat ze zoiets doen, want ik heb uiteindelijk enkel nog maar tijdens oefenwedstrijden gespeeld en op de bank gezeten.
Tim: Ik word minder op handen gedragen dan Vincenzo. Ik loop hier ook nog niet van kindsaf rond. Bij mij is dat anders. Maar ik voel toch wel appreciatie van de supporters. Na een wedstrijd spreken toch veel supporters me aan. Tijdens de match tegen Standard werd mijn naam gescandeerd. En zo’n dingen doen echt enorm veel deugd.
VK: Snakken jullie er nooit naar om terug mee in de tribunes te kruipen?
Tim: Voor ik bij Germinal beerschot speelde, kwam ik al regelmatig kijken en zat ik mee in vak I. Dat was puur als supporter. Een heel leuke tijd, maar ik sta toch liever op het veld (lacht).
Vincenzo: Zie, het gevoel om jaren in die tribune te hebben gestaan en er dan plots voor te mogen staan, dat is onbeschrijflijk. Toen ik de eerste keer de supporters ging groeten na de match, dat was complete waanzin.
VK: Wat doen jullie in jullie vrije tijd, naast playstation?
Vincenzo: (lacht) Ik ga regelmatig met mijn vriendin Nina naar de cinéma. Wij zijn al 3 jaar gelukkig samen, dat wil ik toch even fier vermelden (lacht). Ik ga ook regelmatig eens winkelen in ’t stad. Andere sporten zijn aan mij niet besteed, enkel voetbal telt.
Tim: Ik probeer buiten het voetbal ook vooral tijd te maken voor mijn vriendin, Evelyn.
VK: Studeren jullie nog?
Tim: Ik volg Middenjury als vrije leerling. Daardoor beslis ik zelf hoe vaak ik naar school ga en wanneer ik studeer. Begin mei heb ik de examenperiode, maar ik kan zelf regelen op welke momenten ik die examens afleg.
Vincenzo: Ik volg Secretariaat Talen in het volwassenenonderwijs. Dat is een modulair systeem, zodat ik per semester maar een paar vakken hoef af te leggen. In juni heb ik dan normaal gezien mijn diploma op zak. En van daar zie ik wel verder.
VK: Hebben jullie een ultieme droom wat jullie carrière betreft?
Tim: Ik wil zoals elke voetballer zo lang mogelijk op het hoogste niveau spelen. Waar die top voor mij ligt, weet ik natuurlijk niet. Maar zolang ik hier zit, zit ik heel goed. Ik droom soms wel van de Engelse competitie, ja. Maar ik ben realistisch genoeg (lacht).
Vincenzo: Ik zou graag de Totti van ’t Kiel worden. (schaterlacht) Nee, echt. Ik zou echt heel graag zolang mogelijk en liefst mijn hele carrière lang voor Germinal Beerschot spelen. Nu, je natuurlijk nooit waar mijn grenzen liggen, maar heel mijn voetballoopbaan bij een Germinal Beerschot op hoog niveau, dat is mijn ultieme droom. Ik wil mezelf zeker niet met Totti vergelijken, he, ik ben een realist (lacht), maar qua clubliefde komt dat toch in de buurt denk ik.
Tim Vleminckx rijdt weg in een rode auto. Daar zal hij toch dringend iets aan moeten doen.....
Schrijf je nu in voor de Voetbalkrant nieuwsbrief