Column Benitez had gelijk, Anfield zal nooit wennen
Foto: © SC
Volg Voetbalkrant nu via Instagram!
Wie gisteren ook naar Liverpool – Chelsea heeft gekeken, zal er van mee kunnen spreken. Die adembenemende en meeslepende strafschoppenreeks. Het absolute hoogtepunt van een erg felle en snelle Engelse cupmatch, die in crescendo naar haar hoogtepunt leek toe te groeien. Alsof het voor de wedstrijd al vaststond dat het 1-0 zou worden.
Zij die ooit oog in oog hebben gestaan met een doelman, die elf meter verder voor zijn doellijn wat stond te zenuwen, kennen dat gevoel. Een gevoel dat je je hele leven lang zal bijblijven, een gevoel dat alleen een strafschop kan oproepen; ook al sta je in een bomvol Anfield, je blijft alleen op de wereld.
Om eerlijk te zijn, ik dacht 1 minuut vóór de eerste penalty genomen werd, dat het Chelsea was dat zou zegevieren. Eerst kregen we namelijk het Chelsea-kamp in beeld: Mourinho en Drogba stonden in het midden, in scouts-stijl letterlijk omringd door alles was The Blues aanhing. Het vertrouwen dat van dat tafereel uitging leek zo immens groot, de verbetenheid en vechtlust straalde van het scherm. ‘Wij gaan hier winnen’, zag ik ze denken. Niet arrogant bedoeld, wel een teken van het heersende geloof in zichzelf.
Vlak daarna werd de camera gedraaid naar de troepen van Rafa Benitez, die nog ijsberend rondliep met een pen in de hand, vergezeld door dat verkreukte, gescheurde papiertje dat gevuld zou moeten zijn met vijf uitverkorenen, maar schijnbaar nog niet volledig was. Kwam Benitez niet aan een vijfde man? Het leek mij, als neutrale toeschouwer, niet allemaal te lopen zoals het zou moeten. Toen wist ik echter nog niet dat er maar een ploeg kón winnen.
Bij al die onrust kwam bovendien nog bovenop dat Chelsea de eerste psychologische veldslag had binnengehaald: het had de toss gewonnen en mocht kiezen aan welke kant de elfmeters getrapt moesten worden en Terry koos, logisch ook, voor de helft tegenover The Kop, daar waar ook de Londense supporters zaten. Wat The Blues nog niet wisten, was dat het eigenlijk helemaal niet uitmaakte welke kant Terry ook zou kiezen; om er voordeel uit te halen, had de aanvoerder niet een andere kant, maar een ander stadion moeten uitkiezen.
Toen de eerste van de overigens erg goed spelende Zenden feilloos tegen de netten ging en Robben in de hoek, maar op keepershoogte Reina op zijn weg vond, had ik door dat dat Chelsea simpelweg niet kon winnen. Dat had niets te maken met een eventuele verkrampte houding van de spelers, noch met de kaakslag die het kreeg toen Reina al meteen zijn eerste strafschop pakte, maar wél met het striemende fluitconcert van die rooie massa, die het hele stadion vulde. Benitez had gelijk, Anfield zal nooit wennen.
Enkel Lampard zou de bal voorbij die onoverkomelijke muur trappen. Dat is niet vreemd te noemen. Lampard is Lampard en van Lampard weten we nu eenmaal dat hij overal en altijd een penalty kan benutten. Voor de gewone sterveling (in dit geval Robben en Geremi) was het een schier onmogelijke opgave. Het bestaat niet dat je op zo’n moment niet zulke stress voelt waardoor je de bal keihard rechtdoor durft te trappen. Zo’n situaties onderscheiden ‘de groten’ met de ‘hele groten’.
Frappant trouwens dat het net Robben en Geremi waren die misten. Nochtans waren zij speciaal ingebracht om een penalty te trappen maar Mourinho’s plan pakte duidelijk verkeerd uit. Volgens mij een catastrofale fout van de Portugese topcoach. Als je ingebracht wordt met het oog om enkele minuten later een elfmeter te benutten, ga je er te veel over nadenken. Het is beter om eerst je ziel uit je lijf gelopen te hebben, want dan kan je je gedachten op nul zetten en zonder te veel twijfels aanlopen.
Immers, een strafschop wordt al te vaak gemist doordat een speler gaat twijfelen, ook al is het maar een fractie van een seconde.
Schrijf je nu in voor de Voetbalkrant nieuwsbrief