EK -21: Casiraghi, coach van Italië
Foto: © SC
Word fan van Italië! 181
Het was een verrassing dat Pierluigi Casiraghi na het beloften-EK in 2006 werd gekozen als opvolger van Claudio Gentile als coach van Jong Italië. Casiraghi had, net als Roberto Donadoni bij het A-elftal, weinig ervaring als coach en zou het vak in de praktijk moeten leren tijdens de kwalificatiewedstrijden van Italië.
De voormalige aanvaller groeide in zijn rol, net als tijdens zijn actieve carrière die hem successen bracht bij zowel clubs als het nationale team, maar die werd in 1998 afgebroken door een blessure. Casiraghi's fysiek en zijn kopkracht, ondanks zijn kleine gestalte, bezorgden hem de bijnaam Il Bisontino, de kleine bison. Dat was een passende titel voor een speler die vastbesloten was zijn naam te vestigen in het Italiaanse voetbal.
Na zijn doorbraak bij Monza Calcio tekende Casiraghi in 1989 bij Juventus. Hij scoorde er 20 keer in 98 wedstrijden in de Serie A. In die periode van vier jaar won hij tweemaal de Uefabeker en de Italiaanse beker in het Stadio delle Alpi en speelde hij in 1991 zijn eerste interland voor Italië. Casiraghi zou voor het nationale team dertien keer scoren in 44 wedstrijden en hij vertegenwoordigde zijn land tijdens zowel het WK 1994 als Euro 96. Hij scoorde bovendien de beslissende treffer in de play off tegen Rusland waarmee Italië zich plaatste voor het WK 1998, hoewel hij vervolgens niet werd geselecteerd voor de eindronde.
Gigi verhuisde in 1993 naar Lazio en maakte in vijf jaar 41 doelpunten in de Serie A en won nog een keer de Coppa Italia. In 1998 vertrok hij voor 8 miljoen euro naar Chelsea, maar die stap bracht geen geluk. Hij had pas één keer gescoord in tien wedstrijden toen hij een kruisbandblessure opliep die na talloze operaties te vroeg een einde maakte aan zijn carrière.
Casiraghi keerde terug naar Monza waar hij de jeugd onder zijn hoede nam, voordat hij in 2003 werd benoemd tot coach van AC Legnano in de Serie C2. Zijn gebrek aan ervaring op het hoogste niveau vormde geen beletsel voor zijn voormalige Italiaanse teamgenoot Demetrio Albertini, die toen bij de Italiaanse voetbalbond werkte, om hem naast zijn vroegere Chelsea ploeggenoot Gianfranco Zola te benoemen bij het -21 elftal. De 37-jarige wende snel en leidde de Azzurrini naar het beloften-EK na een moeizame uitschakeling van Spanje in de play-offs.
De voormalige aanvaller groeide in zijn rol, net als tijdens zijn actieve carrière die hem successen bracht bij zowel clubs als het nationale team, maar die werd in 1998 afgebroken door een blessure. Casiraghi's fysiek en zijn kopkracht, ondanks zijn kleine gestalte, bezorgden hem de bijnaam Il Bisontino, de kleine bison. Dat was een passende titel voor een speler die vastbesloten was zijn naam te vestigen in het Italiaanse voetbal.
Na zijn doorbraak bij Monza Calcio tekende Casiraghi in 1989 bij Juventus. Hij scoorde er 20 keer in 98 wedstrijden in de Serie A. In die periode van vier jaar won hij tweemaal de Uefabeker en de Italiaanse beker in het Stadio delle Alpi en speelde hij in 1991 zijn eerste interland voor Italië. Casiraghi zou voor het nationale team dertien keer scoren in 44 wedstrijden en hij vertegenwoordigde zijn land tijdens zowel het WK 1994 als Euro 96. Hij scoorde bovendien de beslissende treffer in de play off tegen Rusland waarmee Italië zich plaatste voor het WK 1998, hoewel hij vervolgens niet werd geselecteerd voor de eindronde.
Gigi verhuisde in 1993 naar Lazio en maakte in vijf jaar 41 doelpunten in de Serie A en won nog een keer de Coppa Italia. In 1998 vertrok hij voor 8 miljoen euro naar Chelsea, maar die stap bracht geen geluk. Hij had pas één keer gescoord in tien wedstrijden toen hij een kruisbandblessure opliep die na talloze operaties te vroeg een einde maakte aan zijn carrière.
Casiraghi keerde terug naar Monza waar hij de jeugd onder zijn hoede nam, voordat hij in 2003 werd benoemd tot coach van AC Legnano in de Serie C2. Zijn gebrek aan ervaring op het hoogste niveau vormde geen beletsel voor zijn voormalige Italiaanse teamgenoot Demetrio Albertini, die toen bij de Italiaanse voetbalbond werkte, om hem naast zijn vroegere Chelsea ploeggenoot Gianfranco Zola te benoemen bij het -21 elftal. De 37-jarige wende snel en leidde de Azzurrini naar het beloften-EK na een moeizame uitschakeling van Spanje in de play-offs.
Morgen : Jean François De Sart, de coach van België
Ons EK-dossier :
I. Aftellen naar het EK voor beloften
II. EK -21 jarigen door de jaren heen
III. Het Goffertstadion (Nijmegen) onder de loupe
IV. Het Abe Lenstra-stadion (Heerenveen) onder de loupe
V. Het Euroborg-stadion (Groningen) onder de loupe
VI. Het Gelredome (Arnhem) onder de loupe
Ons EK-dossier :
I. Aftellen naar het EK voor beloften
II. EK -21 jarigen door de jaren heen
III. Het Goffertstadion (Nijmegen) onder de loupe
IV. Het Abe Lenstra-stadion (Heerenveen) onder de loupe
V. Het Euroborg-stadion (Groningen) onder de loupe
VI. Het Gelredome (Arnhem) onder de loupe
Schrijf je nu in voor de Voetbalkrant nieuwsbrief