Medische dienst Club Brugge reageert

De laatste dagen kwam de medische dienst van Club Brugge negatief in de media. Onder andere Koen Daerden, die herstelt van een zoveelste knieblessure, liet zich vrij kritisch uit over de medische begeleiding bij Club Brugge. Op de officiële website weerlegt blauw-zwart de kritiek. 

Bij Club Brugge staat de medische dienst al een hele tijd onder leiding van dr. Roland Watteyne. Ook revalidatie-/sportartsen dr. Jan de Neve en dr. Kris Vandecasteele behoren tot de medische structuur. Dr. Pieter D'Hooghe, zoon van, treedt op als ortopedisch consulent. Met Geert Ryckebusch, Dimitri Dobbenie en Hans Kerckaert zijn ook drie kinesitherapeuten actief bij de Bruggelingen. 

Recent is er een wijziging opgetreden, waarbij een arts ook voor de training aanwezig is op de club. Vroeger was dat enkel na de training. Bovendien benadrukt de club fier te zijn op de snelle en accurate wisselwerking met het AZ Sint-Jan, dat zich op een boogscheut van het Jan Breydelstadion bevindt. 

Tijdens de Supercup tegen Anderlecht liep Koen Daerden een kraakbeenletsel op. Dr. Bellemans, die de middenvelder opereerde, bevestigde dat deze blessure niet te voorzien was. In de media werd gesuggereerd dat Koen Daerden na de Supercup furieus zou gereageerd hebben ten opzichte van Pieter D'Hooghe. Het klopt dat Daerden furieus reageerde in de kleedkamer, maar niet ten opzichte van dr. Pieter D'Hooghe. 

In dezelfde partij liep Stepan Kucera immers een breuk op aan de oogkas. Hij werd door dr. Pieter D'Hooghe vergezeld naar de Leopoldkliniek in Brussel en later naar het AZ Sint-Jan in Brugge. Na de match was D'Hooghe dus niet meer aanwezig in het Constant vanden Stockstadion. Club Brugge vestigt er de nadruk op dat de medische dienst die avond en nacht plichtbewust haar taken heeft vervuld.