Cercle Brugge speelt zaterdag op het complex van AFC ’34 in Alkmaar de finale van het Plus-proftoernooi tegen RKC Waalwijk. Voor Tom De Sutter is dit de ideale gelegenheid om zich in de kijker te spelen van AZ, de profclub uit Alkmaar.
Tijdens de voorbije wintertransferperiode stond Tom De Sutter nadrukkelijk in de belangstelling van AZ. De Belgische belofte koos er toen voor om bij Cercle Brugge te blijven. Een maand later scheurde hij zijn kruisbanden en mocht hij zo goed als een kruis maken over een transfer naar AZ. Toch was een AZ-delegatie donderdag aanwezig om De Sutter aan het werk te zien.
AZ wil geen enkel risico lopen met De Sutter, zeker niet na zijn zware blessure. Langs de andere kant is Cercle niet van plan om zijn goudhaantje voor een appel en een ei te laten vertrekken. In de wedstrijd tegen De Graafschap haalde coach Glen De Boeck zijn spits al in de loop van de eerste helft naar de kant.
Niets aan de hand, aldus De Sutter. “Dit was nu mijn derde wedstrijd in één week”, licht onze landgenoot in gesprek met VoetbalPrimeur zijn vroege wissel toe. “Zaterdag heb ik een hele wedstrijd gespeeld, woensdag stond ik 45 minuten op het veld. Met deze hitte werd het me even te veel.”
De Sutter had ook gezien dat er donderdag een delegatie van AZ aanwezig was. “Ik heb technisch directeur Brands gezien, inderdaad. Wat er speelt? Ik weet het niet, dat zou je aan AZ moeten vragen. Ik heb in de voorbereiding tegen mijn zaakwaarnemer gezegd dat hij alles op zich moet laten afkomen en pas wanneer de interesse van een club echt concreet, mag hij mij inlichten. Ik wil mij volledig op mijn herstel richten en weer fit aan de start van de competitie verschijnen.”
“Ik heb altijd gezegd dat, wanneer er zowel sportief als financieel een mooie aanbieding komt, ik daar aandacht aan zou besteden”, gaat De Sutter verder. “Het hoofdstuk AZ heb ik, net als andere opties, nog niet afgesloten. Ik ben nu nog altijd met veel plezier speler van Cercle. Het is heel prettig om weer op het veld te staan, ik heb echt honger naar de bal. Wat de toekomst brengt zal blijken.”