Na vijf speeldagen, waaronder een paar uitgestelde wedstrijden, zien we stilaan de beste zes ploegen van vorig seizoen stilaan terug aan de top van het klassement verschijnen.
Uit de laatste competitiedag kunnen we enkel leren dat de betere ploegen het moeilijk hebben op Braine om met de volle buit huiswaarts te keren. Na Anderlecht (0-1) moest ook Vlimmeren zich tevreden stellen met het kleinste verschil (1-2).
Tellen we de doelpunten van de laatste twee speeldagen van enkele ploegen samen komen we tot het volgende resultaat, tussen haakjes de doelpunten voor en tegen:
Braine en Zuid-West (2-10); Beerse (2-14) en Jabbeke (2-16).
Als je dan nog rekening houdt met de feiten uit de eerste alinea, mag je besluiten dat onze Belgische competitie beter zou overstappen naar het voorbeeld van Nederland, een systeem dat in enkele andere landen waarschijnlijk ook navolging zal krijgen om het marginale vrouwenvoetbal op een hoger niveau te brengen: een eredivisie waarin alleen de beste zes van het land.
Jaarlijks krijgen we bijna hetzelfde fenomeen:
- de stijgers uit tweede nationale kunnen zich niet of nauwelijks handhaven in de hoogste afdeling
- de middenmoot uit de hoogste afdeling hopen op ploegen die nog zwakker zijn dan zijzelf om zich te kunnen blijven handhaven
- deze middenmoot doet niet de geringste moeite om het spelpeil van hun eigen ploeg naar een hoger niveau te tillen
-
Niet te verwonderen dat het merendeel van de wedstrijden tussen de beste zes en de resterende ploegen leiden tot geeuwvoetbal, eenrichtingsverkeer, voorspelbaar. Kortom zuiver tijdverlies voor de speelsters met beter talent en voor de schatbewaarder nutteloze geldverspilling aan verplaatsingen.
Indien clubs en speelsters bij de pakken blijven zitten, dan wordt het stilaan tijd het kaf van het koren te scheiden.