René Vandereycken is niet geneigd om te zwichten voor de nationale vraag om tegen Europees kampioen met dezelfde elf als tegen Armenië te starten. De bondscoach kiest meer dan waarschijnlijk voor vijf verdedigers.
De Rode Duivels speelden zaterdag geen wereldpartij tegen Armenië, maar er stond een ploeg met evenwicht op het veld. Een evenwicht dat de eigenzinnige René Vandereycken wil doorbreken door opnieuw naar de defensieve waarden te grijpen. Thomas Vermaelen, Daniël Van Buyten en Anthony Vanden Borre komen wellicht in de ploeg. Jelle Van Damme, Guillaume Gillet en Steven Defour verdwijnen naar de bank.
Vandereycken haast zich door te zeggen dat hij rekening houdt met de sterkte van de tegenstander, Europees kampioen Spanje. Compact samenspel moet het onvermijdelijke tegendoelpunt -Spanje scoort bijna in iedere interland- vermijden.
Houdt België effectief de nul en haalt het een punt, dan is Vanderycken de grote held. Scoort
Spanje, dan wordt de nationale selectieheer afgerekend op zijn defensieve aanpak. Bij een Spaans doelpunt dreigen
Wesley Sonck,
Axel Witsel en
Moussa Dembelé echter te verzuipen tegen
Carles Puyol en co.
De selectie barst van het vertrouwen en wil -gesteund door de publieke opinie en het Belgische trainersgilde- met de neus naar voren de wei in tegen Spanje. Zij hangen echter af van de keuze van de bondscoach. Wie haalt er woensdag zijn gelijk? (AN)