Lukaku: “Op mijn leeftijd kan alles nog beter”

Sinds Lukaku tien maanden geleden zijn debuut maakte voor paars-wit, wordt hij zowel door de club als zijn entourage gretig beschermd. Vandaag stond de knuffelbeer van de natie pas voor de derde keer het verzamelde journaille te woord. En erg vindt hij dat niet. “Ik praat liever op het veld.”

In play-off I rekent Anderlecht opnieuw op de doelpunten van de 16-jarige spits. “Ik heb hard gewerkt om topschutter te worden, maar dat is slechts bijzaak”, vertelt hij. “De titel is het allerbelangrijkste en die wil ik dit jaar absoluut pakken.” 

Geen gas terug

Los van de gekte rond zijn persoon rijzen na zo’n debuutseizoen vanzelfsprekend vragen of het allemaal zal blijven duren. Maar Lukaku maakt zich geen zorgen en is razend ambitieus. “Of ik gas moet terugnemen? Neen. Ik heb hard gewerkt voor de topschutterstitel. Nu moet ik nog tien wedstrijden alles geven.”

“Er is natuurlijk nog veel werk aan de winkel”, vertelt hij. “Ik zal pas vooruitgang gemaakt hebben als ik het volgend seizoen beter doe dan nu. Maar ik word perfect begeleid en luister naar iedereen die zegt wat nog beter kan. En op mijn leeftijd kan alles nog verbeteren.”

Lukaku blijft ook opvallend rustig onder de belangstelling van allerlei internationale topclubs. “Ik denk nog helemaal niet aan een transfer. Mochten mijn ouders me niet zeggen wat er over mij geschreven wordt, zou ik het niet weten. Zelf lees ik dat soort dingen niet”, aldus een ontspannen Lukaku. “Hier kan ik trouwens meer spelen en beter groeien dan in het buitenland. Ik sla geen stappen over. Het moment komt wel, maar ik blijf zeker tot mijn negentiende of twintigste bij Anderlecht.”

Complementair met broer

Dat Anderlecht zich in de handen mag wrijven met een toptalent als Lukaku, is duidelijk. Meer zelfs. Jordan, de één jaar jongere broer van Romelu die ook bij Anderlecht speelt, heeft een al even indrukwekkende torso en wordt ook een succesvolle carrière voorspeld. “Ik droom ervan om met hem samen te spelen”, lacht Romelu. “We zijn twee verschillende aanvallerstypes, je kan ons niet vergelijken. Of we complementair zijn? Dat denk ik wel (lacht).”