Nederland en Frankrijk winnen; Duitsland en Italië gelijk

Bij Nederland haakte Mark Van Bommel in extremis af voor de wedstrijd tegen Turkije met knieproblemen. Oranje-Turkije was ook de confrontatie tussen Van Marwijk en Hiddink, de twee Nederlandse coaches die elkaar beschimpten in de media na het spel van Oranje op het WK.

Nederland haalde het uiteindelijk met de kleinste cijfers. Een stiftertje van Huntelaar in de 52ste minuut was voldoende voor de zege. Frankrijk haalde het met 1-2 op Wembley tegen Engeland. Benzema en Valbuena zorgden voor een dubbele voorsprong. Crouch scoorde enkele minuten voor het einde tegen. Bij Engeland ontbraken grote namen zoals Terry, Lampard, Rooney en Ashley Cole. Caroll, Henderson en Jagielka stonden in de basis.

Italië speelde een zwakke wedstrijd in Roemenië. Maresca bracht de Roemenen op voorsprong, maar hij zorgde ook zelf met een own-goal voor de gelijkmaker en bespaarde Italië van een nederlaag die nog meer kritiek zou hebben uitgelokt in de plaatselijke media.

Zweden en Duitsland speelden in Göteborg in enorm koude omstandigheden 0-0 gelijk. Mario Gomez kreeg een tweetal goede kansen om de Duitsers aan de overwinning te helpen maar in een vrij gesloten wedstrijd bleef alles zoals het begon.