Interview Tom Soetaers: “Anderlecht was de keuze van mijn hart”
Foto: © SC
Volg Voetbalkrant nu via WhatsApp!
Tom Soetaers is pas terug hersteld van een blessure en wil nog een jaar of vier meedraaien op het hoogste niveau. De flankaanvaller van KV Mechelen bouwde in ruim tien jaar een fantastische carrière op. Een monoloog, deel één.
“Ik was lang geleden geen jongetje dat stond te springen om voetballer te worden. Mijn vader was wel voorzitter van het Vlaams-Brabantse provincieclubje White Star Wommersom, maar in die tijd moest je al wat ouder zijn om je aan te sluiten bij een clubje. Af en toe ging ik wel eens een balletje trappen op de plaatselijke velden, tot ze bij de cadetten volk tekort kwamen. Ik deed een keer mee en van het één kwam het ander. Ik was toen een jaar of zeven en voetbalde met gasten die bijna twee keer zo oud waren.”
“Het voetbal was wel al een grote passie toen. Ik was een fervent supporter van Anderlecht. Toen scouts van paars-wit op mijn tiende interesse toonden om mij naar daar te halen, was mijn keuze snel gemaakt. Ik herinner me dat onder meer Standard, STVV en Tienen ook belangstelling hadden om mij aan te werven, maar toen ik de naam Anderlecht hoorde had ik daar al geen oren meer naar.”
“De keuze voor Anderlecht lag nochtans niet voor de hand. We woonden immers ver uit de buurt, maar Anderlecht was de keuze van mijn hart. Het moest en zou Anderlecht worden. Een serieuze aanpassing, niet alleen voor mijzelf maar nog meer voor mijn ouders. Die werkten destijds allebei fulltime en dat was een zware combinatie om mij drie tot vier keer in de week tijdig op de training te krijgen.”
“Mijn moeder is toen halftijds gaan werken, opdat ik toch maar bij Anderlecht zou kunnen spelen. Ook op mijn grootouders heb ik in die tijd vaak een beroep kunnen doen. Een busje van de club, dat bestond toen nog niet, hoor.” (lacht)
“Anderlecht, het eerste half jaar was dat niet gemakkelijk. Als klein jongetje kwam ik in een heel andere wereld terecht. Ik kwam uit een klein dorpje met nauwelijks vijfhonderd inwoners, een heel beschermende omgeving. Anderlecht was een andere cultuur, veel Marokkanen en Turken. En alles gebeurde in het Frans. Ik heb toen meer dan eens gehuild en mijn keuze vervloekt.”
“Ik haatte school en huiswerk maken. Ik deed vaak alsof ik ziek was om dan tegen een uur of vier wonderbaarlijk te genezen, zodat ik toch kon gaan trainen.”
“Langs de andere kant was het ook een fantastische periode. Spelen voor Anderlecht, dat was toch mooi. Eens de aanpassingsperiode voorbij was, heb ik bij Anderlecht veel vrienden gemaakt. Mijn leven stond toen al in het teken van het voetbal. Het was thuiskomen van school, snel iets eten, de auto in, trainen, pas om half tien weer thuis en gaan slapen. Als er een verjaardagsfeestje was, pech. Ik moest voetballen. “
“Maar andere zaken opgeven vond ik eigenlijk niet erg. Ik was iemand die heel graag ging trainen. Ik haatte school en huiswerk maken. Ik deed vaak alsof ik ziek was om dan tegen een uur of vier wonderbaarlijk te genezen, zodat ik toch kon gaan trainen. De weinige vrije tijd die ik had, bracht ik bij ons thuis in de tuin door: voetballen met de vriendjes.”
Morgen heeft Tom Soetaers het over de afspraken die Anderlecht niet nakwam, het miljoen euro dat Roda JC op tafel smeet en de bekerfinale in De Kuip.
Schrijf je nu in voor de Voetbalkrant nieuwsbrief