De Sutter: "Ik ben een stille jongen"

Op de vraag waarom het hele land niet op de hoogte werd gebracht van zijn huwelijk, antwoordt De Sutter even nuchter als altijd. “Het heeft niet in de boekjes gestaan. Al die aandacht hoeft voor mij niet. Ik voetbal met veel plezier en ik heb de supporters graag, maar het hele mediagedoe hoeft voor mij niet. Het was een mooi feest, met de familie en de vrienden. Er waren ook enkele voetballers, zoals Davy Schollen en Jelle Van Damme.”

Zijn winnende doelpunt tegen Zulte Waregem vorige zaterdag kwam de spits goed uit maar aan uitbundig vieren bezondigt hij zich niet. “Ik vier nooit uitbundig. Ik ben een stille jongen. Altijd kalm, nooit euforisch. Je moet je inbreng ook kunnen relativeren. Mijn doelpunt was niet alles bepalend. Het was de laatste van onze drie treffers, maar de twee andere goals waren even belangrijk”, aldus De Sutter, die geen wrok koestert richting Ariel Jacobs. “Onder Ariel Jacobs zat ik altijd in de selectie, maar ik speelde wel weinig. Dat is lastig, maar trainers moeten tactische keuzes maken. Ik was zeker niet de enige ontgoochelde speler in de wereld. Ik had er zelf wel last van maar niet zoveel als iedereen dacht. De avond van een wedstrijd had ik het wel eens moeilijk, maar na een nachtje slapen was het voorbij. Voetbal is mijn job en iedereen heeft wel eens periodes dat het niet helemaal naar wens verloopt op het werk.”

Tom De Sutter heeft overigens alleen maar goede dingen te vertellen over de nieuwe oefenmeester John van den Brom. “Ik kan alleen zeggen dat ik veel plezier beleef aan werken met de nieuwe trainer. Alles lijkt nieuw en fris, maar dat kan niet verbazen als je vier jaar met dezelfde trainer hebt gewerkt. Van den Brom is heel open, speelt vaak mee op training en er wordt veel gelachen”, aldus De Sutter aan Het Nieuwsblad, die afsluit met een stille sollicitatie naar de Rode Duivels. “Als de bondscoach mij zou oproepen, ben ik er klaar voor. Ik heb zeker nog ambitie. Maar alles op z'n tijd. Ik wil niet te snel vooruitlopen en zeker niet hard beginnen roepen. Ik blijf een stille jongen.”