Interview Bert Stas, K Merksem ANSC: "Preventie is niet zo moeilijk als het lijkt"

Bobsam is niet de enige speler die te maken kreeg met hartfalen in Merksem. Ook de 16-jarige Tom Leermakers stortte in januari neer op het veld. De ouders van zijn medespelers begonnen meteen met de reanimatie, waardoor de jongen gered kon worden. Hij is nog altijd aan het revalideren.

Om zulke voorvallen te vermijden is de club gestart met een verplichte screening voor de jonge spelers. Die moet uitwijzen of de voetballers een kans hebben op hartfalen of andere problemen. De screening verloopt via het Lausanne Protocol in drie stappen. “De spelers krijgen een vragenlijst en een brief mee voor de ouders. Die vragenlijst moeten de ouders verplicht invullen en die moeten wij een week later terugkrijgen. Indien we het niet ingevuld terugkrijgen, dan mag de speler in kwestie niet spelen tot op het moment dat de lijst is ingevuld. Met de vragenlijst willen we voornamelijk natrekken of de speler zelf én zijn familie een medisch verleden hebben”, legt Bert Stas, woordvoerder van KMANSC, uit.

Met die strenge regel wil de club ervoor zorgen dat iedereen de vragen invult. Het duurt immers maar een paar minuten en kan uiteindelijk levens redden.

“Nadien bekijken we de antwoorden en oordelen we wie er naar de huisdokter moet ter controle. Zij krijgen dan ook een begeleidende brief mee die ze aan de dokter moeten afgeven. De resultaten van het onderzoek moet nadien ook terecht komen bij de clubarts, zodat we kunnen controleren of ze daadwerkelijk naar de dokter gaan en kunnen we in bepaalde gevallen doorverwijzen naar een cardioloog.”

Screening

“De medische screening op de club zal tweejaarlijks georganiseerd worden voor de bestaande leden, maar er zal elk jaar een screening plaatsvinden voor de nieuwe leden. Met dit initiatief willen we aantonen dat preventie niet zo moeilijk is als het klinkt. Elke club kan samenwerken met een ziekenhuis en reanimatielessen kan organiseren.”

Die reanimatielessen gingen vandaag van start voor de A-junioren van de club. Spoedverpleegkundige Eric De Vadder gaf de jonge spelers een basisopleiding reanimatie. De voetballers moesten de aangeleerde technieken toepassen op een pop. Als er zich dan in het echte leven een voorval is, dan zijn de voetballers voorbereid en kunnen ze het leven van een medespeler redden.

Solidariteitsfonds

Met het initiatief hoopt de club op nationaal vlak iets teweeg te brengen. Ook willen zij dat er een solidariteitsfonds komt voor sporters. Die zouden daar een beroep op kunnen doen bij incidenten waar de verzekering niet tussenkomt. “Half juni zijn wij ook met de ouders van Tom naar minister Vande Lanotte gestapt. Hij heeft nadien een gesprek gehad met Assuralia om de problematiek aan te kaarten. Wij willen eigenlijk dat er een soort solidariteitsfondskomt, vergelijkbaar met het rampenplan. Vanaf het moment dat er iets in de sportwereld gebeurt waar de verzekering niet tussenkomt, dan willen wij dat er beroep gedaan kan worden op zo’n fonds. Bijvoorbeeld bij het geval van Tom hebben we een benefietactie moeten organiseren om de kosten te drukken. Veel kansarme gezinnen kunnen die kosten niet dragen met als gevolg dat er in veel gevallen geen behandeling zal plaats vinden. En dat willen wij vermijden. Daarom pleiten wij voor zo’n solidariteitsfonds.”