Real Madrid had het meeste balbezit, maar leek daar voor de rust niets mee te doen. Het was uiteindelijk Mesut Özil die op aangeven van Karim Benzema vlak voor rust de 1-0 toch nog kon maken. Ronaldo en Dorlan Pabon troffen ook nog de lat voor de pauze.

Na de rust ging Real verder op zijn elan. Özil en Cristiano Ronaldo deden het voorbereidende werk en Benzema kon de voorsprong verdubbelen. Twintig minuten voor tijd kreeg Real het moeilijk. Nacho Fernandez haalde Castro neer in de zestien en Betis kreeg een strafschop. Jorge Molina zette de penalty om: 2-1.

Betis kon zelfs op gelijke hoogte komen, maar Raul Albiol haalde de bal van de lijn. Özil scoorde in de laatste minuut de 3-1. Ondanks de overwinning was het toch geen geslaagde avond voor Real Madrid. Marcelo, Modric en Benzema moesten allemaal geblesseerd vervangen worden.