"De kaarten liggen iets beter voor Waasland-Beveren"

“Ik heb de indruk dat de kaarten voor Waasland-Beveren iets beter liggen” zegt Snelders. “Sinds hun overwinning op Club Brugge eind december kunnen ze een topclub pijn doen. De ploeg zit goed in elkaar en legt een knap parcours af. Met het thuisvoordeel moet een punt tegen leider Standard haalbaar zijn.”

De Waalslanders horen volgens Snelders ook niet meer thuis onderin. “Onder Bob Peeters en Alex Czerniatynski vertoont Waasland-Beveren geen symptomen van een degradatiekandidaat meer”, gaat hij verder. “Het team geraakte helemaal op de dool en stond op een heuse achterstand. De inhaalbeweging die ze klaarspeelden tegenover OHL is bepaald indrukwekkend. Een andere aanpak en een beetje geduld kan weldegelijk lonen.”

Waarnemer

Waasland-Beveren leek zijn schaapjes op het droge te hebben, tot OH Leuven plots de drie punten pakte tegen Anderlecht. “Ook daar lijkt de inbreng van Ivan Leko zijn effect niet te missen. OHL heeft het nadeel op verplaatsing te moeten spelen, dat is een moeilijke zaak gebleken dit seizoen. Hoewel Bergen laatste staat, is het lang niet zeker dat ze daar zullen winnen”, aldus Snelders.

"De tweedeklassers die met een van deze twee naar de eindronde moeten, hebben pech"

“Ik heb gehoord dat er de nodige achterdocht heerst. Waasland-Beveren gaat een waarnemer sturen naar het Stade Charles Tondreau omdat die natuurlijk redeneren: Het zou straf zijn moest OHL op de laatste speeldag ineens wel kunnen winnen buitenshuis.”

Nivellering

Wat het verdict ook wordt, Snelders ziet voor beide ploegen ook na de zomer een plaats in de Jupiler Pro League weggelegd. “De tweedeklassers die met een van deze twee ploegen naar de eindronde moeten, hebben pech”, denkt hij. “Een scenario als vorig seizoen waarin een eersteklasser de nacompetitie wint en zich redt, zit er dik in.”

“Iedereen wint van iedereen tegenwoordig en ook de top laat steken vallen tegen de ploegen onderin. De weerbaarheid van de kleinere teams is iets groter geworden, al wordt het echte bewijs daarvan pas geleverd in de nacompetitie.”