Het indrukwekkende doelpuntensaldo van Club: geen garantie op succes

Uiteraard is het doelpuntensaldo bijzonder belangrijk. Bij gelijkheid van punten is het immers een beslissend criterium om de rangorde tussen clubs aan te duiden.  Op dat vlak lijkt het dus wel snor te zitten voor Blauw-Zwart. 

Geen garantie

In de eerste plaats tellen natuurlijk de punten. En op dat vlak is een beter doelpuntensaldo op dit moment van het seizoen alles behalve een garantie. Vraag het maar aan Standard. Dat had vorig seizoen na de reguliere competie een beduidend beter doelpuntensaldo dan de concurrenten: +42 tegenover +30 voor Anderlecht en +26 voor Club Brugge. Landskampioen Anderlecht had dan weer de beste cijfers in de play-offs (+11).

Een ander voorbeeld is dat van Atlético Madrid vorig seizoen. De colchoneros pakten vorig seizoen de titel na een bijzonder boeiende strijd met Barcelona en Real Madrid. De twee eeuwig aartsrivalen konden een beduidend beter doelpuntensaldo voorleggen dan Atlético (+51 tegenover +67 en +66), maar eindigden wel op drie punten van de landskampioen.

Alleen play-offs tellen

Het zijn natuurlijk slechts enkele gevallen die aangeven dat een doelpuntensaldo niet alles zegt. In de meeste gevallen wordt de logica echter gewoon gevolgd en is de ploeg met de beste cijfers op dit vlak ook gewoon de nummer één in de rangschikking. Dat is momenteel zo in alle belangrijke Europese competities. 

Maar dan komen we in onze competitie altijd tot dezelfde conclusie: de cijfers op vandaag zeggen bijzonder weinig, het is zaak om de statistieken ook in de play-offs door te trekken. Wie in de laatste tien wedstrijden het beste doelpuntensaldo kan voorleggen, is gegarandeerd kampioen. Of toch niet: één keer werd die regel doorbroken. In 2010-2011 moest Standard van té ver terugkeren om Genk nog van de titel te houden.