"Elke hartstilstand bij sporters is er één te veel"
Foto: © photonews
Volg Voetbalkrant nu via Instagram!
De Vereniging voor Sport- en Keuringsartsen heeft bedenkingen bij het KCE-rapport en vindt dat alles wat menselijk mogelijk is in het werk moet worden gesteld om het aantal gevallen van hartstilstand tijdens het sporten zo klein mogelijk te houden.
Wanneer media berichten over een sporter die een hartstilstand krijgt, onthutst dat de publieke opinie, zeker als het om een jonge sporter gaat. Het KCE wijst erop dat dergelijke incidenten te zelden voorkomen om alle sporters tussen 14 en 35 jaar verplicht te onderzoeken.
Dat zou volgens het kenniscentrum teveel fout-positieven (ogenschijnlijke problemen die later geen probleem blijken te zijn) opleveren en het zou heel veel geld kosten. Een woordje uitleg?
Ja, het is zeldzaam ... maar!
"Het klopt dat het fenomeen zelden voorkomt maar exacte cijfers voor België heeft niemand, enkel zeer ruwe schattingen. Als het een eenzame jogger overkomt, is de kans klein dat het in de statistieken geraakt", aldus Tom Teulingkx, voorzitter van de Vereniging voor Sport- en Keuringsartsen (SKA).
"Allicht is er een grijs cijfer. Wat we wél zeker weten, is dat elk geval van hartstilstand bij sporters er één teveel is en dat het telkens ontwrichtend en in het beste geval angstaanjagend is, voor wie ermee wordt geconfronteerd. Daar niets mee aanvangen, is het gemakkelijkste, maar SKA denkt niet dat dat de beste oplossing is."
Hun voorstel is een onderzoek inclusief een rust-ecg − voor de meeste sporters op 14 en 18 jaar, voor zeer intensieve sporters om de vier jaar − bij jonge mensen (14-35 jaar) die een sport (willen) beoefenen waarbij enige inspanning komt kijken. Voor iedereen dus, uit voorzorg.
Schrijf je nu in voor de Voetbalkrant nieuwsbrief