Tien om te zien: Welke transfers hadden wij vóór het seizoen alweer zien schitteren? Tip: we zaten er los naast

Voor het begin van het seizoen zagen we deze tien jongens echt ontploffen. Dat draaide voor de meesten toch wat anders uit.

Amper drie spelers geslaagd

We beginnen met de minder pijnlijke kant van de medaille. De enige drie die we als geslaagde transfer kunnen bestempelen, zijn Chipciu, Van Rhijn en Skulason. Chipciu deed het een pak beter dan zijn veel duurdere landgenoot Stanciu bij Anderlecht.

Van Rhijn begon écht sterk bij Club Brugge en onderscheidde zich met heel wat mooie vrije trappen, maar zakte aan het einde weg. Skulason werd dé vaste basisspeler op de linksachter bij Lokeren, maar werd afgeremd door de eerste blessure uit zijn carrière.

Één twijfelgeval

Joãozinho werd weggehaald bij Braga en kon ons zeker bekoren in de eerste seizoenshelft bij KV Kortrijk. Dat veranderde nadat hij licht geblesseerd raakte én in onmin leefde met coach Belhocine.

Zes mislukkingen

Om in de voetsporen van Matz Sels te treden bij AA Gent, moet je van goede komaf zijn. Jacob Rinne beet zijn tanden stuk op de erfenis van de Belg en ook Thoelen kon niet overtuigen. Kalinic kwam het in de winter oplossen.

Nog bij AA Gent kon ook Emir Kujovic zijn streng niet trekken. Van Tomás Pina werd bij Club Brugge veel verwacht, maar hij kon zijn prijskaartje niet waarmaken. Ook Birama Touré bij Standard bleef niet op ons netvlies hangen.

Mathias Bossaerts heeft bij Oostende nog twee jaar tijd om Rode Duivel te worden. Hij werd afgeremd door blessures. Maar dé floptransfer was er één die al in de zomerstop alweer weg was. Sébastien De Maio kreeg bij Anderlecht last van heimwee.