De Videoref start in België: hoe, wat, waar? "Verwacht er niet té veel van"

Met die vraag in het achterhoofd kwamen ook alle profclubs naar Tubeke afgezakt om extra uitleg te krijgen. Wat vooral benadrukt werd, is dat de Videoref de scheidsrechter niet zal ondermijnen. "De scheids moet eerst een beslissing maken, we willen geen zwakke refs", aldus David Ellary van The International Football Association Board.

"We willen geen refs die bij elke fout, of telkens wanneer iemand neergaat in de zestien, naar de beelden gaan kijken. Pas wanneer een beslissing genomen werd, kan de videoref deze herbekijken en controleren", legde hij uit.

Het kan wat tijd kosten

En zelfs dan gelden er beperkingen. "Elk doelpunt, elke strafschopfase, rode kaart, wordt automatisch gecheckt. Er is daarbij geen tijdsdruk. Wanneer de ref naar de beelden kijkt, of informatie krijgt, is juistheid het hoofddoel. Het kan dus wat tijd kosten."

Anderzijds wordt er ook op tijd en discussie bespaard. Een concreet voorbeeld: wanneer Brazilië uit de Copa America ging na handspel door Peru, lag de match vijf minuten stil door protest. De VAR had het wellicht op 45 seconden opgelost.

Gemiddeld één keer op de vier wedstrijden ingrijpen

"Verwacht er niet te veel van", gaf Ellary nog aan. "Op 52 wedstrijden op het WK U20 werd er 12 keer ingegrepen. Dat is één keer om de vier wedstrijden. We willen zo weinig mogelijk ingrijpen, met zoveel mogelijk voordelen."

"In België wordt de VAR in 48 wedstrijden gebruikt het komende seizoen. Welke wedstrijden dat precies zijn, wordt nog bekendgemaakt. Elk team zal drie keer thuis en drie keer uit de Videoref op bezoek krijgen", aldus Johan Verbist.

Wanneer grijpt de VAR in?

1. Doelpunten

• Is er sprake van buitenspel?
• Werd door de aanvallende ploeg een fout gemaakt in de opbouw of bij het doelpunt zelf?
• Ging de bal in de opbouw buiten of niet?
• Bal over de doellijn of niet?
• Doelpunt foutief afgekeurd of niet?
• Uitzondering: wanneer buitenspel gevlagd werd door de assistent (foutief), maar er al gefloten werd vóór de bal in doel ging, wordt de beslissing niet teruggedraaid. De ref mag dus niet té snel fluiten als assistent vlagt.

2. Strafschopfases

• Is het penalty of niet bij een gefloten strafschop
• Een penaltyfout die niet gefloten werd, maar er wel één was, wordt aangegeven
• Gebeurde de fout binnen of buiten de zestien?
• Maakte de aanvallende ploeg een fout in de opbouw naar de strafschop?

3. Rode kaarten

• Checken of rode kaart terecht is
• Een overtreding die rood verdiende, maar gemist werd door de ref wordt aangegeven
• Wanneer er rood getrokken werd doordat een speler een open doelkans ontneemt, wordt gekeken of de aanvallende ploeg in de opbouw geen fout maakte
• Over tweede gele kaarten wordt niet beslist

4. Verkeerde speler die bestraft wordt

• Zowel bij een gele als een rode kaart. Ook wanneer de ref niet weet wie te bestraffen (bij een opstootje bijvoorbeeld)

VAR grijpt NIET in bij:

• Inworp voor ploeg a of b
• Doeltrap of hoekschop
• Vrije trappen buiten de zestien
• Gele kaarten
• Offside zonder een doelpunt, strafschop of open kans die erop volgt