Ivan Leko sprak bij start van voorbereiding behoorlijk straffe ambitie uit, maar die is lang niet zo gek als je op eerste gezicht zou denken
Foto: © photonews
In zijn eerste jaar bij Club Brugge pakte Ivan Leko meteen de titel, maar de Kroatische coach wil meer. Bij de start van de voorbereiding deed hij een opmerkelijke uitspraak en die willen wij toch eens duchtig onder de loep nemen. En neen, die is niet eens zo gek eigenlijk.
"De spelers, de technische staf én de medische staf, iedereen moet nog 15 of zelfs 20% beter worden, op fysiek, tactisch en technisch vlak", aldus een ambitieuze Leko. Een op het eerste gezicht straffe ontboezeming en misschien een tikkeltje onrealistisch en (té) zelfbewust, maar er zijn een aantal redenen waarom wij de 40-jarige oefenmeester uit de Balkan gelijk geven.
Zelden een hele match dominant
Club Brugge was in z'n beste momenten een imponerende pletwals, maar de machine een hele match aan de praat houden? Neen, dat gebeurde (te) zelden in de reguliere competitie of play-off 1. Vaak was het maar een kwartier, twintig minuten, een halfuur of één helft écht uitstekend.
In tal van matchen volstond dat om de drie punten te pakken, maar Ivan Leko wil meer. Het is natuurlijk ook een fysieke kwestie. Het veeleisende voetbal van de Kroaat vergt door de pressing en beoogde snelheid van uitvoering veel energie en kracht(en). Dus ja, op dat vlak is er zeker nog een ruime progressiemarge. Goh, zo ongeveer 15 à 20%?
Het nodige geluk op het juiste moment
Het was weerkerend riedeltje bij (veel) fans van de concurrentie: Club Brugge mag niet klagen over de arbitrage en de videoref. Er waren inderdaad een aantal fases die op het juiste moment in het voordeel van Club Brugge uitdraaiden. Denken we maar aan de handsbal van Ruud Vormer voorafgaand aan de 1-1 van Jelle Vossen in de titelmatch tegen Standard.
En ja, blauw-zwart scoorde via Vossen, Vormer en Diaby ook weer flink wat goals vanop de stip, maar bijna alle strafschoppen waren wel volkomen terecht. Het geluk van de kampioen zou je kunnen zeggen, ook andere teams die in het verleden de titel pakten, konden rekenen op een goed getimede portie meeval. En uiteraard dwing je het ook altijd wat af. Maar als de factor geluk niet (meer) of minder aanwezig is, moet je beter voetballen. Circa 15 à 20%?
Andere topclubs lieten het afweten
Gent, Anderlecht, Standard en Genk kenden niet bepaald een gezwinde start van het seizoen terwijl Club Brugge wel stevig uit de startblokken schoot met 15 op 15. En zo was het meteen achtervolgen geblazen voor de verzamelde concurrentie. De latere landskampioen bouwde de mooie bonus uit tot een straatlengte voorsprong.
Dat Charleroi lange tijd de grote uitdager leek te gaan worden, zegt natuurlijk wel iets, maar is uiteraard niet de schuld van Club Brugge. Vraag is natuurlijk wel wat het zal geven als de op revanche azende concurrentie wél op de afspraak is en er zware kleppers uit de bus komen in de Champions League. Dan zal Club serieus op de proef gesteld worden – wat het voorbije seizoen toch te weinig het geval was - en nog een pak sterker voor de dag moeten komen. Wel ja, laat ons zeggen 15 à 20%.
Play-off 1 was toch een ontgoocheling
De kers op de taart kwam er, maar het kostte bloed, zweet en tranen in de slotfase van de competitie. In de 10 finales moest Club alsnog tot het gaatje gaan, ondanks het feit dat het na één speeldag een bonus van 9 punten had op grote uitdagers en rivalen AA Gent en Anderlecht. Cijfers liegen niet: blauw-zwart verloor maar liefst vier keer.
En vooral de thuisnederlagen tegen de twee eerder genoemde aartsvijanden zal toch nog op de lever liggen in Jan Breydel, niet in het minst bij Ivan Leko. Wees maar zeker dat hij komend seizoen meer zal willen dan die povere 12 op 30 in play-off 1. Het doel is duidelijk: twee keer op rij kampioen worden en dit keer mét een straffe apotheose. Nog 15 à 20% beter doen? Jawel, er zit zeker nog rek op dit Club Brugge.
Schrijf je nu in voor de Voetbalkrant nieuwsbrief