Liverpool levert knap zeven genomineerden af voor de Ballon d'Or, maar dat is geen record

Virgil Van Dijk, Sadio Mané, Mo Salah, Allison Becker, Georgino Wijnaldum, Trent Alexander-Arnold en Roberto Firmino: dat zijn de zeven sleutelspelers die Liverpool aan de Champions League en 97 punten in de Premier League hielpen. Van Dijk lijkt de grootste kanshebber, maar veel spelers van dezelfde ploeg op de lijst van 30 is geen garantie op succes.

Daar kunnen ze bij Manchester United over meespreken. In 1999 ging Rivaldo van Barcelona met de onderscheiding lopen. Beckham (2e), Roy Keane (6e), Yorke (11e) en Stam (12e) hielpen Man United na een knotsgekke finale aan de Champions League, maar het mocht niet baten voor de verkiezing van de Ballon d’Or. Ook Mancunians Schmeichel, Giggs en Cole waren genomineerd.

Tien Blues

In 2006, het jaar dat Italië wereldkampioen werd, vaardigden Champions League-winnaar Chelsea en FC Barcelona respectievelijk tien en acht spelers af, maar de eer ging naar Fabio Cannavaro. Ronaldinho, Eto’o, Deco, Puyol en Zambrotta sprokkelden de meeste stemmen voor Barça, voor Chelsea waren dat Drogba, Lampard en Terry.

Vorig jaar schopten negen Real-spelers, zij pakten voor de derde opeenvolgende keer de ‘Beker met de Grote Oren’, het tot de lijst van dertig: Isco, Marcelo, Ramos, Benzema, Bale, Courtois, Varane en Cristiano Ronaldo moesten allemaal onderdoen voor vicewereldkampioen Luka Modric, de eerste speler die de hegemonie van Lionel Messi en CR7 wist te doorbreken.