Analyse De zoektocht naar de laagste stamnummers: 16. Standard de Liège en 17. Seraing
Volg Voetbalkrant nu via WhatsApp!
Heel veel teams verwijzen graag naar hun stamnummer om de authenticiteit of oudheid van hun club in de verf te zetten. Bij de laagste stamnummers (en dus de oudste clubs) zijn vele teams echter al verdwenen. De komende maanden grasduinen wij in het verleden. Deze week: 16/17. Standard/Seraing.
Standard Luik zag in 1898 het levenslicht, al is het niet de oudste club uit de Vurige Stede - daarvoor moeten we naar RFC Liège verwijzen, lees er HIER nog eens alles over wat betreft stamnummer 4. Maar ook Standard is dus al een heel oude club, opgericht door studenten van het Saint-Servaiscollege in Luik.
Elf jaar later kwam het team voor het eerst in de eerste afdeling terecht, maar het zakte nog even terug naar het tweede niveau. Sinds de promotie in 1921 zitten ze echter wel opnieuw op het hoogste niveau - geen club in België zit al langer onafgebroken op het hoogste niveau.
Onafgebroken reeks
Tussen 1909 en 1931 was Maurice Dufrasne een van de eerste succesvolle voorzitters die lange tijd bij de club bleef. Onder hem werd dus de definitieve intrede in eerste klasse behaald. Later zou hij dan ook naamdrager worden van het stadion, dat we echter beter kennen als Sclessin - naar de gelijknamige wijk aan de Rue de la Centrale waar het stadion gelegen is.
Op succes was het lange tijd wachten. Een aantal tweede plaatsen werden behaald, maar pas in 1954 werd voor het eerst een prijs gepakt met de Beker van België. Vier jaar later werd voor het eerst een titel gevierd in de Vurige Stede.
Successen
In de vroege jaren '60 volgden titels nummer 2 en 3, tussen 1969 en 1971 was Standard drie seizoenen op rij de primus van de klas met namen als Van Moer, Nagy, een piepjonge Preud'homme, Thissen en Jeck.
Na wat mindere jaren '70 kwam er onder leiding van Goethals met onder meer Eric Gerets een nieuwe succesperiode begin de jaren '80, al werd die glorieuze periode uiteindelijk overschaduwd door de affaire Bellemans.
Fusie met Seraing
In 1996 ging Standard een fusie aan met Seraing, het stamnummer 17 dat in 1904 het levenslicht zag als Séresien en nooit echt grote successen boekte. De 'fusie' was in se niet meer dan het opslorpen van de kleinere club, die toen drie jaar onafgebroken in eerste klasse actief was.
Luciano D'Onofrio en Robert Louis-Dreyfus (naamgever van de nieuwe Académie van Standard in Boncelles, nabij Luik) zorgden voor een nieuwe wind en maakten van Standard dankzij goede contacten met onder meer Marseille en Porto opnieuw een competitieve club van de Rouches. Onder meer Van Buyten kwam, nieuwe successen volgden. Momenteel probeert Michel Preud'homme met een vierjarig contract als manager naar Engels model voor een elfde titel te zorgen.
Erelijst:
Kampioen (10x) in 1958, 1961, 1963, 1969, 1970, 1971, 1982, 1983, 2008 en 2009
Bekerwinnaar (8x) in 1954, 1966, 1967, 1981, 1993, 2011, 2016 en 2018
Schrijf je nu in voor de Voetbalkrant nieuwsbrief