AZ: het Nederlandse voorbeeld voor Anderlecht?

De club uit Alkmaar werd vorig jaar vierde op 28 punten van Ajax en 25 van PSV. Dit seizoen tellen ze 6 punten minder dan Ajax, maar staan ze toch op plek twee met 5 punten voorsprong op de Lampenclub.

De kern van AZ is gemiddeld nog bijna een jaar jonger dan die van Anderlecht: 23,3 tegenover 24,1. Dat heeft veel te maken met het beperkte aantal dertigers in de kern. Bij AZ zijn er dat welgeteld twee: de Belg Stijn Wuytens (30) en Ron Vlaar (34). Allebei centrale verdedigers. Bij Anderlecht zijn er dat in theorie vijf.

Want in de A-kern van AZ lopen geen piepkuikens -meer- rond. De jongste is Kenzo Goudmijn. Die wordt volgende maand achttien, maar speelde enkel nog maar met de beloften in de Keuken Kampioen Divisie.

Tegen FC Emmen dropte coach Arne Slot één achttien-, één negentienjarige en vijf jonge twintigers in de basis. Maar zelfs de twee tieners -Myron Boadu en Owen Wijndal- zaten twee seizoenen geleden al in de A-kern van AZ.

Anderlecht startte de afgelopen maanden geregeld met drie jongens die voor aanvang van dit seizoen nog geen vijf wedstrijden op het hoogste niveau speelden. Of in het geval van Killian Sardella zelfs vaak nog op de bank zaten bij de beloften.

Bij Anderlecht rekende men te fel op de ervaring van Vincent Kompany, Nacer Chadli en Samir Nasri. Die doen op dat vlak de heren Vlaar (88 wedstrijden in de Premier League) en Wuytens (185 wedstrijden in de Eredivisie) verbleken. Maar een piepkuiken heeft weinig aan een ervaren haan die geblesseerd in de tribune zit.

Bij Anderlecht zullen ze hun klauwen nog mogen uitkuisen om in play-off 1 te belanden, maar de jonkies zijn er alleszins enorm veel aan het opsteken met het oog op de volgende seizoenen.