Analyse Op zoek naar het aanvallende plan van Anderlecht, maar nog niet gevonden: weten ze waar ze moeten lopen?
Foto: © photonews
Dat Anderlecht nog in opbouw is, gaan we niet ontkennen. Maar stilaan zouden we toch eens een plan moeten ontdekken in de aanvallende opbouw. Voorlopig zien we het echter niet.
Brian Riemer was heel blij met de eerste helft van Anderlecht. Dat was inderdaad niet slecht, maar het was vooral op enthousiasme en inzet dat paars-wit zijn stempel kon drukken. Veel kansen vloeiden daar niet uit voort.
Eén schot binnen de palen
Meer nog, het enige schot tussen de palen - in de hele wedstrijd zelfs - was de goal van Dolberg. En dat was dan nog na heel slecht verdedigen van Club. Daarnaast schoot Anderlecht acht keer op doel, waarvan de meeste ballen in de tribune belandden. Eén goeie uitgespeelde aanval was er, maar Hazard vlamde die onbesuisd over.
We waren er echt naar op zoek, naar de op training ingestudeerde looplijnen, maar vonden ze niet. Ofwel moeten het die lange ballen op Amuzu zijn. Op dit moment hoopt Anderlecht te veel op individuele flitsen om het verschil te maken, maar die komen er niet altijd.
Amuzu gaat niet elke week naar binnen komen en de bal in de kruising draaien. Net als Dreyer de bal niet elke keer perfect op de slof zal nemen. Er moeten looplijnen komen zodanig dat de aanvallers weten waar hun ploegmaat zal lopen en op welk moment de voorzet zal komen.
Er moeten looplijnen ingeslepen worden
Momenteel gebeuren er wel acties, maar als de pass komt, lijkt de ontvanger telkens verrast. Of kiest men voor de makkelijke oplossing. Zo zagen we tegen Brugge de rechterflank dikwijls helemaal open liggen, maar durfde men niet te kiezen voor de flankverandering en ging het naar de verdedigende middenvelder.
Overlapping, diepgang na een driehoek, positiewissels als Dolberg afhaakte, infiltraties... amper gezien. Het helpt ook niet dat topaankoop Flips een dramatische en ongeïnteresseerde invalbeurt maakte, dat Hazard nog ver van zijn beste vorm zit en Dreyer niet de snelheid heeft om op de flank te spelen.
Théo Leoni was andermaal de man die probeerde voor de ideeën te zorgen, maar ook hij zag amper opties voor zich. Geen diep lopende mensen of zich aanbiedende spitsen. Van de spelers die nu op het veld staan, mag toch verwacht worden dat ze voldoende voetbal-IQ en ervaring hebben om dat te zien?
Het moet er ingeslepen worden op training, maar dat is de taak van Riemer. Punten pakken is goed in een fase waarbij er nog opgebouwd wordt, maar stilaan moeten er toch momenten komen waarop de hand van de trainer duidelijk wordt. Werk aan de winkel!
Schrijf je nu in voor de Voetbalkrant nieuwsbrief