Analyse Muslin heeft een probleem: zijn 4-3-3 lijkt nergens naar
Foto: © photonews
Standard pakte zondag de drie punten tegen Zulte Waregem, maar daarmee is alles eigenlijk wel gezegd. Een afgeweken bal en een zeldzame goede voorzet maakten het verschil, maar het heilig huisje van Muslin dat 4-3-3 heet werkt simpelweg niet.
Door Aernout Van Lindt
Dat de verdediging van Standard soms wat wankel stond doordat Teixeira noch Arslanagic fit genoeg waren en zo Faty moest komen bijpikkelen centraal achterin? Dat kunnen we Muslin niet verwijten, maar is inherent aan de omstandigheden.
Maar: zowel tegen Kortrijk als tegen Zulte Waregem bleek dat de rest van de veldbezetting te wensen overlaat. Op het middenveld moeten Trebel, De Sart en Enoh op de toppen van hun tenen lopen om niet volledig te verzuipen tegen het overtal van de tegenpartij.
Flanken moeten mee verdedigen
Dat komt ook omdat Kasmi en vooral Knockaert (te) nukkig zijn in hun spel. De flank afdweilen? Graag. Druk zetten? Prima. Maar echt terugzakken, knijpen of helpen verdedigen? Neen, Knockaert was niet terug en Thiam kon ongestoord de 1-1 maken voor Essevee.
Ook tegen de Kerels gebeurden dergelijke fouten. Bovendien kwam er van Kasmi nauwelijks een goede center, terwijl Knockaert op zijn assist richting Santini na ook niet al te hoog van de toren moet blazen over zijn prestatie.
Santini op een eiland
“Ik was blij dat ik eens een goede bal kreeg”, hoorden we Santini bijna zuchten. Een sterke spits, die Kroaat. Maar hij kreeg o zo weinig mooie voorzetten in zijn richting. De Rouches zijn groot geworden in een 4-4-2 en iedereen zou in dat systeem beter renderen.
Zéker als Yattara kan bevestigen wat hij in zijn invalbeurt liet zien. “Kampioen? Dat krijg je niet zomaar cadeau, daar moet je voor naar de oorlog”, aldus een tifo van de Luikse fans. Misschien toch maar beter oorlog voeren met een mannetje meer op het middenveld?
Schrijf je nu in voor de Voetbalkrant nieuwsbrief