Reportage De onzichtbare discriminatie in het jeugdvoetbal: Nederlandse club bewijst dat het anders kan

Dat het probleem universeel is, bewijst volgend onderzoek. Tijdens het WK van de U20 in Nederland in 2005 werden 168 willekeurige voetballers geselecteerd. Keek men naar de geboortedata, zag men dat liefst 42% geboren bleek te zijn in januari, februari of maart. Dat terwijl er slechts 10% geboren waren in het laatste kwartaal van het jaar (oktober-december).

Nederland, toch wel één van dé opleidingslanden bij uitstek, kampt ook met de problemen die wij in België hebben. Bij Ajax lopen er bij de jeugdteams slechts 7,3% voetballertjes rond die in het vierde kwartaal van het jaar geboren zijn.

Ook daar wordt er dus weinig gedaan om de talenten die later op het jaar geboren zijn, beter te begeleiden. Al zijn er ook voorbeelden van hoe het wél moet bij onze noorderburen. Bij AZ Alkmaar proberen ze het geboortedatum-effect te ontwijken door naar de biologische leeftijd van een speler te kijken.

AZ toont hoe het moet

Zo wordt een speler tijdens trainingen geplaatst bij spelers die fysiologisch vergelijkbaar zijn. Het gevolg is dus dat een speler zich niet meet met leeftijdsgenootjes, maar krachtgenootjes. Ondanks dat 43% van de jeugdspelers geboren is in het eerste kwartaal, toont AZ prima cijfers in het vierde kwartaal (15,7%).