Anderlecht heeft zich met het nodige geluk voorbij Zulte Waregem geworsteld. De Brusselaars wonnen in extremis met 1-2.

Zulte Waregem startte het beste aan de partij. Anderlecht trok zich helemaal terug en dacht amper aan aanvallen. De West-Vlamingen daarentegen toonden zich opnieuw een enthousiast team en probeerden kansen te creëren. De laffe houding van Anderlecht werd na net geen twintig minuten spelen afgestraft. Tony Sergeant scoorde de verdiende 1-0. Je zou denken dat Anderlecht uit zijn schulp zou komen, maar niets was minder waar. Zulte Waregem bleef de betere ploeg en bleef ook mogelijkheden creëren. Anderlecht mocht zich gelukkig prijzen dat een uitstekende Silvio Proto tegenstanders Salou en Meert van een doelpunt hield.

Na dertig minuten kreeg Zulte Waregem een zware opdoffer te verwerken. Vincent Kompany profiteerde van een klein mistasten in de thuisverdediging en scoorde zo zijn tweede treffer in één week tijd. Onverdiend, maar de 1-1 stond er wel. De wedstrijd kabbelde daarna verder naar de rust, met Zulte Waregem dat nog probeerde, maar er niet in slaagde om nog te scoren. Matthys was er wel dicht bij, maar hij aarzelde te lang oog in oog met doelman Proto.

Na de rust startte Anderlecht wat beter, maar nog steeds was het niveau van de bezoekers ondermaats. Geen van beide ploegen toonde zich echt gevaarlijk. Kompany was dicht bij de 1-2, maar Dindeleux verhinderde dat. Pär Zetterberg zag zijn vrije trap dan weer gered worden door doelman Sengier, die voor de rest niet veel werk op te knappen had.

En dan, vijf minuten voor tijd, viel er toch nog een doelpunt uit de lucht. De tot dan toe onzichtbare Wilhelmsson scoorde de wel heel gevleide 1-2. Zulte Waregem verdiende beter en was nog twee keer dicht bij de gelijkmaker. Amper 30 seconden na de 1-2 trapte Sergeant centimeters naast het doel van Proto. De grootste kans was voor Tankary, die volledig vrijgelaten de bal niet in doel kon verlengen.

Anderlecht wint zo en zet zich aan kop van het klassement. Morgen spelen Club Brugge en Standard uit bij respectievelijk Genk en Gent om de levensbelangrijke drie punten.