Interview Voetbalkrant sprak met Dirk Gilis
Foto: © SC
Je speelde kampioen met de Uefa's van STVV, nu weer met de reserven, dat is een mooi visitekaartje...
"Inderdaad, dat is mooi. Zowel voor mij als voor de club. Je komt in de belangstelling, in de pers. Naambekendheid voor mezelf is heel belangrijk omdat ik zelf nooit op een hoog niveau gespeeld heb. Ook voor de club om scouting te doen en jongeren binnen te halen is het belangrijk dat men ziet dat wij goed werk leveren. Het maakt ons makkelijker om jongeren binnen te halen en in die zin is dat voor de club, mezelf, als ook voor de jongeren enorm belangrijk ja. We merken nu ook van de jongeren die net tekort komen voor het A-team, dat die makkelijker een andere ploeg vinden en de clubs zitten er echt achter te vissen om onze jongens binnen te halen. Ze denken 'die komen uit een kampioenenploeg, dus dat moet toch wel iets waard zijn'."
Analyseer dat kampioenenjaar eens voor ons…
"Ik denk dat de basis is gelegd door de jongeren, vooral in de maanden augustus, september, oktober hebben we altijd gespeeld met de echte beloften en daarmee hebben we eigenlijk nooit punten laten vallen, hebben we echt goede wedstrijden gespeeld en progressie gemaakt. En dan na nieuwjaar hebben we eigenlijk met een oudere ploeg gespeeld. We zaten toen met heel wat volk, aankopen gedaan, plus alles was vanaf toen in het teken van het behoud en stuurde de trainer dus heel veel spelers van de A-kern terug met als resultaat dat na nieuwjaar we speelden met een mix van jongeren aangevuld met spelers van de A-kern. De basis is gelegd in die eerste maanden door de jongeren, met de Uefa’s van vorig jaar aangevuld met die drie à vier jongeren die reeds met de A-kern zitten zoals Jürgen Rutten, Nils Prud’Homme, Jonas Bogaarts en Delorge. Na nieuwjaar hebben we dan meestal gespeeld met een halve A-kern. De jongeren vonden dit iets minder leuk maar het is nu eenmaal zo dat in een club alles in het teken staat van de eerste ploeg en dat moet ook zo zijn."
Er word ook regelmatig het idee geopperd om de reservencompetitie onder te verdelen in derde klasse, is dat een goed idee denk je?
"Ik zou dat een heel goed idee vinden op voorwaarde dat we dan effectief met een jonge ploeg in derde klasse kunnen spelen. Als het de bedoeling is van om dan ook met een soort tweede A-kern in derde klasse gaan te spelen zie ik daar het nut niet van in. Maar als je zegt we hebben daar twaalf heel goede jongeren aangevuld met maximum vier spelers van de A-kern dan zou ik dat een schitterend idee vinden want ze moeten dan ook spelen voor de punten, voor het geld, tegen degradatie. Dan komen er heel veel dingen die enorm belangrijk zijn voor later en die je nodig hebt om ze op te kunnen leiden. We hebben in de voorbereiding ook bijvoorbeeld gespeeld tegen Aarschot, tegen Veldwezel, allemaal tegen ploegen uit bevordering en derde klasse en dat waren schitterende wedstrijden waarin wij ons eigen soms moesten pijn doen en dat waren de wedstrijden waarin wij vooruitgang boekten. Het zijn niet de wedstrijden tegen onze leeftijdsgenoten van Westerlo waarin we progressie maken, maar de matchen tegen lagere klassers. Op voorwaarde dus dat we dan niet gaan spelen met tien man uit de A-kern want dan heeft dat geen nut natuurlijk.'
Wat was de sterkte van deze kampioenenploeg?
"De sterkte voor mij is vooral het collectief, wij hebben een echt dicht collectief geheel dat altijd in functie van elkaar speelt. We hebben geen vedetten en dat maakt het enerzijds ook wel makkelijk in die zin dat als hier eens iemand ziek of gekwetst is, we die vrij makkelijk kunnen vervangen En het is niet zo dat wij van één speler afhankelijk zijn. Wij hebben bijna elke week met een ander team gespeeld en toch stond er telkens een ploeg op het veld. Een ploeg met gasten die al jaren samen trainen onder mij en die weten wat ik wil, die ook weten hoe ik train, die hebben duidelijkheid over een aantal principes van mij in verband met veldbezetting en dergelijke en dat maakt de ploeg sterk. Als je drie jaar kan opleiden in een bepaalde stroom, ja dan word je als groep sterk."
Na het ontslag van Vermeulen waren er even geruchten als zo jij als hoofdtrainer worden aangesteld, zou je zo'n job überhaupt zien zitten?
"Ik ben ervan overtuigd dat ik daar heel lang zou moeten over nadenken omdat ik mijn job in het onderwijs heel graag doe. Ik ben nu toch al vijftien jaar in het voetbal en ooit bood KV Mechelen me ook een fulltime job aan in het voetbal en drie maanden later waren ze failliet. Wekelijks lees je wel over trainersontslagen, dus vraag ik me af of ik daaraan moet beginnen. Langs de andere kant: als je zo'n kans krijgt is dat misschien wel een springplank, een enorme uitdaging die je niet kan en mag laten liggen.
Er is inderdaad binnen de club aan gedacht om mij aan te stellen als hoofdcoach. Ik heb met Guy Mangelschots gesproken, en die vond me nog net iets te jong en te onervaren, maar hij sluit het over een vijftal jaar niet uit. Een verstandige beslissing, als sluit ik niet uit dat ik het in de toekomst zal doen."
Thomas Caers gaf ook een mooie job van zekerheid op voor de onzekere job van hoofdtrainer…
"Ik denk dat je in zekere zin een avonturier moet zijn om dit te doen want je hebt er absoluut geen zekerheid in. Of misschien heeft Caers wel zekerheden ingebouwd en kan hij ten aller tijden wel terug naar Sporta, dat weet ik natuurlijk niet."
Je bent leraar van beroep zoals je net aanhaalde, op maandag zal het gespreksonderwerp nummer één wellicht voetbal zijn niet?
"Dat is zo, ik geef les aan mannen van twaalf dertien jaar en als we verloren hebben dan staan er daar sommige wel met de sjaal van de andere club, maar er zijn er ook die heel intens meeleven met STVV. Ik zou het niet mogen zeggen maar op maandag wordt er tijdens het eerste lesuur niet veel les gegeven (lacht). Maar ik ben ook geïnteresseerd in hen want ze spelen ook allemaal voetbal met clubs uit het Leuvense zoals OHL, Wijgmaal en Tildonk. De meisjes zijn er wel wat op tegen, die vinden al dat gepraat over voetbal niet altijd even leuk. Een paar keer per jaar nodig ik mijn leerlingen ook uit om te komen kijken naar een wedstrijd. Dat is heel belangrijk voor mij, ik wil een goede band houden met mijn leerlingen én de school."
Je starte jouw trainerscarrière bij de Duiveltjes van Houtem VV, over KVK Tienen, STVV, KV Mechelen en terug STVV klom je nu op tot trainer van de reserven bij een eersteklasser, valt dit nog te combineren met je beroep als leraar?
"Wel eigenlijk als je dat professioneel wil doen zoals ik dat zou willen doen dan valt dit niet meer te combineren en vandaar dat er nu door de club is voorgesteld om fulltime voor hen gaan te werken, maar ik heb de boot afgehouden omdat ik zelf vond dat, zoals ik net vertelde, de risico’s toch te groot zijn. Maar wellicht zal ik straks enkel 's voormiddags les geven en elke namiddag op de club zijn."
Je was jeugdtrainer bij KVK Tienen, zij speelden afgelopen weekend kampioen in derde klasse…
"Ik woon in Tienen en ga bijna alle thuiswedstrijden kijken, niet alleen als supporter van Tienen maar ook als scout van Sint-Truiden. Weet je, ik ben ook vier vijf jaar bij die club geweest, woon in Tienen dus voel een grote verbondenheid met deze vereniging. Ik ben geboren en getogen in Tienen, ja ik leef er enorm bij mee."
Het Truiense reserventeam verhuist vanaf volgend seizoen van Terbiest naar het trainingsveld op St-Pieter hoorde ik net?
"Dat is eigenlijk een hele goeie beslissing. We moeten eerlijk zijn: Terbiest is toch een beetje eerste klasse onwaardig. De accommodatie is er toch wel voorhistorisch alhoewel ik moet zeggen dat de stad toch wel inspanningen gedaan heeft om het ons daar wat aangenamer te maken. Je hebt daar geen vergaderzaal, kinéruimte, geen kantine, geen apart verzorgerlokaal, het is daar wat moeilijk werken. Dus in die zin ben ik wel tevreden dat ze verhuizen naar Sint-Pieter, alhoewel ik zou verkiezen om op het jeugdcentrum te trainen omdat je daar echt alles bij de hand hebt. Het is ook de bedoeling om volgend jaar vier à vijf trainingen te doen op Sint-Pieter en twee keer per week op het kunstgras te trainen omdat we daar ook onze competitiematchen gaan op spelen en zodoende het veld gewoon worden."
Vanwaar het idee om op dat kunstgrasveld de competitiewedstrijden af te werken?
"Ik denk dat het hier te duur uitvalt, want ik zou persoonlijk liever hier op Staaien blijven spelen want voor de jonge spelers is dat een uitdaging om op dat veld van de eerste ploeg te spelen. Maar natuurlijk is dat niet echt optimaal voor het veld en bovendien kost de verlichting ook veel geld."
Sommige zeggen dat een kunstgrasveld veel belastender is voor de spieren, met gevolg meer kwetsures, anderen spreken dit dan weer tegen…
"Ik denk inderdaad ook dat het bij oudere kunstgrasvelden belastender is. Je hoort dat ook van de spelers zelf. Maar dit kunstgrasveld zou echt van het allernieuwste soort zijn, je zou er echt kunnen op glijden en tackelen. Thomas Caers is naar Frankrijk gereisd om het gaan te bekijken en hij was echt overtuigd. Volgens hem zou het dus een schitterend systeem zijn en zou die overbelasting toch wel meevallen op dit veld. Maar anderzijds als de velden in de zomer keihard liggen dan is dat ook heel belastend voor de spieren en gewrichten. In de voorbereiding zitten we ook veelal met kleine kwetsures zoals rugklachten, liesproblemen en dergelijke omdat het veld zo keihard ligt. Dus in die zin is het allemaal een beetje relatief."
Wat zijn de vooruitzichten voor volgend seizoen?
"Zoals ik al zei ga ik voltijds voor STVV werken en gaan we met onze beloften vanaf volgend seizoen nog professioneler werken, gaan we alle dagen trainen en gaan we op woensdag twee keer trainen. Thomas (Caers, red.) staat ook enorm achter dit project en heeft ook zijn medewerking eraan gegeven. We zouden ook één keer per week met de A-kern gaan meetrainen in groepjes. Bijvoorbeeld één groepje gaat trainen op het kopspel en de andere groep op explosiviteit, weer een andere op afwerking. En de beste beloften worden dan ook opgenomen in de namiddagtraining van de A-kern, zodoende de kloof tussen A- en B-kern die er nu toch is wat kleiner de maken. Zo kunnen we die gasten op erg jonge leeftijd professioneler opvolgen. Gisterenavond heb ik nog een vergadering gehad met dokter Jan Mievis, we gaan de beloften vanaf vijftien jaar ook medisch begeleiden met cardiologische testen, longtesten en dergelijke. We gaan ze echt al erg vroeg professioneel en medisch begeleiden en dat is naar de toekomst toe alleen maar positief. Dit komt er eigenlijk op vraag van Guy Mangelschots en Roland Duchâtelet, die van Sint-Truiden één van de beste jeugdopleidingen van het land willen maken. We beseffen ook dat dit niet op één jaar kan maar dat dit op een drietal jaar ongeveer op kruissnelheid moet lopen en dat we dan over een kwalitatieve B-kern moeten beschikken waarin dan ook wel kwalitatieve jongeren zitten die die stap naar de A-kern wel echt kunnen maken."
Als Dirk Gilis geen les geeft, geen huiswerk aan het verbeteren is of geen trainingsinstructies geeft, met wat is hij dan bezig?
"Buiten voetbal en lesgeven blijft er niet veel vrije tijd meer over. Ik zie mijn vriendin zeer weinig en alle minuten die dan nog over blijven zijn dus voor de vriendin. Ik ben een familieman en mijn broers zijn allemaal getrouwd en hebben kinderen dus zo maken we wat tijd voor de familie vrij. Maar het blijft toch altijd voetbal. Maar kijk, dat zit in mij en dat zal nooit weg gaan vrees ik."
Door Mario Lelièvre. [AN]
Schrijf je nu in voor de Voetbalkrant nieuwsbrief