Reportage Voetbal en bijgeloof: “Voor mij spaghetti met een paardenbiefstuk”

Yves Brokken
| 5 reacties
Voetbal en bijgeloof: “Voor mij spaghetti met een paardenbiefstuk”
Foto: © SC

Volg Voetbalkrant nu via Instagram!

Wie herinnert zich niet de bijgelovige kus van Laurent Blanc op het hoofd van zijn doelman Fabien Barthez op het WK in 1998? Het hielp blijkbaar, want de Fransen werden wereldkampioen. Maar bijgelovige voetballers lopen ook in de Jupiler Pro League rond.

“Ik ken heel veel voetballers die bijgelovig zijn en rituelen hebben, tot in het extreme”, verzekert sportpsycholoog Johan Desmadryl aan Voetbalkrant.com. “Maar je moet wel een duidelijk onderscheid maken. Bijgeloof zijn zaken waar je eigenlijk geen vat op hebt, bijvoorbeeld een ekster op je hoofd voor aanvang van elke match. Terwijl rituelen vaak kleinigheden zijn die je wel zelf kunt bepalen. Maar namen kan ik niet noemen, dat is beroepsgeheim. Hetzelfde voor verhalen.”

Over de afkomst van vaak bizarre taferelen heeft Desmadryl wel een uitleg klaar. Bijgeloof is iets fundamenteels, het hoort bij de mens. Dat was eeuwen geleden ook al zo, al werd dat toen in andere vormen uitgedrukt. Het hoort ook bij de adrenaline in de sport. Voetballers in het bijzonder zoeken vaak naar bekrachtiging. En de ene is daar al wat fanatieker in dan de andere.”

“Bijgeloof is iets dat psychologisch dieper in de mens zit”, vult de Nederlandse mediatrainer en communicatiespecialist Cees Wijburg aan. “En ja, voetballers zijn bijgelovig, het heeft te maken met de psychologische druk waar ze als topsporter aan moeten weerstaan. Het is iets van alle tijden, maar de laatste jaren is het toch explicieter zichtbaar."

Bart Van Zundert, verdediger bij Antwerp, heeft al een klein lijstje verzameld. “Klopt”, erkent hij. “Maar echt extreem ga ik niet. Wel wil ik altijd achteraan lopen als we het veld opstappen, zet ik daarbij altijd eerst mijn rechtervoet over de zijlijn en maak ik een kruisteken.”

"Dat zijn kleine zaken, maar ik schiet ze echt nooit over. Sinds het overlijden van mijn vader kijk ik ook altijd eens naar boven als we het veld opstappen, om te zeggen van: je kijkt toch mee, hé. Ik draag ook altijd een foto van hem onder mijn scheenbeschermers. En voor de match wil ik een droge spaghetti met peper en zout. Daar eet ik zoveel mogelijk van om genoeg koolhydraten te hebben.”

Spaghetti is geen uitzondering, maar voor Peter Voets, voormalig speler en nu assistent bij STVV, mocht daar nog iets bij. “Een paardenbiefstuk”, lacht hij. “Het is vooral voor een soort standvastigheid te hebben dat spelers zo’n rare rituelen hebben. Voetbal is een collectieve sport en daarom moet je je goed in je vel voelen om te presteren. Een zelfde stramien helpt daar bij. Maar er wordt nooit over gesproken. Het is zowat ieder voor zich.”

Ook Gunter Thiebaut, momenteel aan de slag bij Lierse, heeft zo wel wat kleine zaken waar hij zich strikt aan houdt. “Het stelt weinig voor, maar voor mij zijn die belangrijk. En bijna elke speler heeft wel zo een paar eigen gewoontes. Maar er wordt niet vaak iets over gezegd. Ik wil dat trouwens ook niet doen, hou het liever voor mezelf”, bevestigt hij het ‘taboe’.

Corrigeer
Fout gevonden in bovenstaand artikel? Meld het hier!

Schrijf je nu in voor de Voetbalkrant nieuwsbrief

Meer nieuws

Meer nieuws

Populairste artikels

Jupiler Pro League

Nieuwste reacties