Goris: "Plots was ik naast fan ook speler van Lierse"

Nathan Goris mag dan maar 21 zijn, de tweede doelman van Lierse SK heeft al een rijkgevulde carrière. “Toen ik vijftien was trainde ik mee met de A-kern en ik paste me redelijk vlot aan”, laat Goris weten aan onze redactie.

“Het gebeurde allemaal onverwacht. Door de zaak Yé had Lierse een keepersprobleem en werd ik naar de A-kern gehaald. Ik zat toen niet eens bij de beloften. Ik had een mix van gevoelens: vreugde, maar ook veel zenuwen.”

“Het gaf me vooral een speciaal gevoel om als supporter plots ook speler te zijn van de club. Ik heb dat seizoen verder meegetraind met de A-kern, maar daarna ging ik terug naar mijn reeks. Twee jaar later maakte ik mijn debuut tegen Waasland en ik kon de nul houden, het mooiste moment voor mij tot nu toe.”

Vorig seizoen werd Goris uitgeleend aan KV Turnhout. “In het begin had ik wat argwaan, ik had het moeilijk om die stap te zetten  naar een andere club. Nu bekijk ik het allemaal veel positiever.”

"Moeilijk om opnieuw op bank te zitten"
“Als doelman ben ik gegroeid, want ik heb stappen gezet die je tijdens trainingen niet leert. Ik hoop dit seizoen toch speelkansen te krijgen bij Lierse. Na een seizoen in de basis van Turnhout, is het nu moeilijk telkens plaats te moeten nemen op de bank.”

Goris werd al heel vroeg opgemerkt door zijn huidige werkgever. “Ik ben op mijn vier jaar beginnen voetballen bij Ranst. We wisselden wel enkele keren van positie, maar ik vond het doel verdedigen toch het leukst. Toen ik acht jaar was kwam Lierse naar me kijken en ze wilden dat ik kwam testen.”

"Studeren met topsportstatuut verliep niet vlot"
De 21-jarige goalie is een bezige bij. Naast voetballen wil Goris ook zijn kennis verruimen. “Ik heb net een opleiding management achter de rug, ik moet juist het examen nog afleggen. Op zelfstandige basis probeer ik altijd bij te leren.”

“Na mijn secundaire school heb ik nog geprobeerd om verder te studeren met een topsportstatuut, maar dat liep toch niet zoals ik wilde. Ik wil zeker nog wat achter de hand hebben, want in het voetbal weet je nooit wanneer het ophoudt.”