Foto: © SC
CSKA Moskou heeft zaterdagmiddag voor de derde keer in haar bestaan de Russische Beker gewonnen. In Luzhniki klopten ze stadsgenoot Spartak Moskou met 3-0 en zo volgt het team van Valeriy Gazzaev zichzelf op als bekerhouder.
Hoewel beide teams, door de WK-voorbereidingen, enkele basisspelers misten gingen zowel CSKA als Spartak voluit voor winst en het werd een zeer aangename partij om volgen. Spartak, zonder het Tsjechische duo Martin Jiranek en Radoslav Kovac, eiste wel het meeste balbezit op maar CSKA, zonder WK-gangers Ivica Olic en Milos Krasic en zonder de gekwetsten Rolan Gusev en Chidi Odiah, loerde voortdurend op de counter en was veruit de gevaarlijkste ploeg.
Reeds vroeg in de wedstrijd hield Wojciech Kowalevski Spartak tot tweemaal toe recht. Hij hield eerst Daniel Carvalho van een doelpunt en wat later pakte hij mooi de afgeweken bal van Dudu. Hoewel er aan beide zijden nog een resem kansen vielen duurde het toch tot op het einde van de eerste helft vooraleer het eerste doelpunt viel. Het Braziliaanse wonderkind Jô Alves, topschutter in de Russische Premier League, zette net voor de rust CSKA op rozen.
Na de herneming bleef de wedstrijd in hetzelfde razende tempo op en neer gaan. Spartak trok het laken meer en meer naar zich toe maar kon de kansen niet verzilveren. Sluipschutter Roman Pavlyuchenko schoot de beste kans van de tweede helft pardoes op de dwarsligger. Naarmate de wedstrijd naar het einde liep en de oververdiende gelijkmaker uitbleef raakte Mozart Junior meer en meer gefrustreerd. Eerst duwde hij zijn landgenoot Dudu opzettelijk tegen de grond om dan zijn noppen op diens voet te planten. De Braziliaan mocht twee minuten voor het einde van de reglementaire speeltijd terecht vervroegd gaan douchen.
Met een man meer diepte CSKA tijdens de slotminuten de voorsprong nog verder uit. Vagner Love en de onvermijdelijke Jô Alves maakten er nog wat overdreven 3-0 van.