Foto: © SC
Blackburn heeft woensdagavond met de vingers in de neus de volgende ronde van de Engelse League Cup bereikt. Al bleef de doelpuntenteller slechts op drie stuks steken, toch mocht Birmingham de voetbalgoden dankbaar zijn dat de ontketende Rovers er geen dozijn binnenknalden.
Na een reeks van vijftien speeldagen zonder nederlaag wilde het voor Blackburn de laatste weken niet echt meer lukken. Na een blammage in Griekenland en een nederlaag thuis tegen Portsmouth wilde het donderdag aanvankelijk ook niet lukken. Aan de rust had de thuisploeg al gerust met forfaitcijfers moeten lijden, maar zowel Matt Derbyshire, David Dunn, Brett Emerton en Jason Roberts morsten met de kansen. De Brummies stelden er amper iets tegenover en Brad Friedel bleef, op een paar trainingsballen na, zo goed als werkloos. Zijn collega aan de overkant speelde een uitstekende wedstrijd, maar op slag van rust sloeg het noodlot toe. Richard Kingson knalde met het hoofd tegen de paal en moest met een zeer zware hoofdblessure worden afgevoerd.
Na de pauze bleef het spelbeeld onveranderd en de Rovers bleven onophoudelijk de bezoekende reservedoelman Colin Doyle bestoken. Een heel erg levendige Dunn speelde tegen zijn ex-ploeg een beresterke wedstrijd. Hij strooide kwistig met de voorzetten, maar opnieuw kon de Rovers-aanval niet afwerken. David Bentley probeerde het dan maar vanop zo'n dertig meter. Zijn kanonspegel verdween tegen de touwen en de thuisploeg stond meteen op een verdiende 1-0.
Birmingham, met ex-Rovers Martin Taylor en Damien Johnson in hun rangen, kon op geen enkel ogenblik een vuist maken en holde constant achter de feiten aan. Tijdens de slotfase dikten Derbyshire en Roque Santa Cruz de score nog wat aan, maar slechts drie doelpunten uit 22 doelpogingen is toch wat weinig.