Liverpool was tijdens de eerste helft ontegensprekelijk de betere ploeg, maar de spitsen van de Reds stuitten keer op keer op een heroïsche Brad Friedel.  Als de Amerikaan dan toch al eens geklopt werd, versperde het doelkader de weg naar doel.  Craig Bellamy wrong bij zijn terugkeer naar Ewood Park de eerste kans de nek om en wat later weerhield Friedel, Peter Crouch tot tweemaal toe van het openingsdoelpunt.  De thuisploeg stelde er niet zo heel veel tegenover en mocht van geluk spreken dat het aan de pauze nog niet zwaar in het krijt stond.

 

Net na de herneming zetten Kerimouglu Tugay, Morten Gamst Pedersen en Benni McCarthy de eerste echt gevaarlijke Rovers-aanval op poten.  Tugay zette met een overstapje Steven Gerrard in de wind en lanceerde Gamst Pedersen.  De Noor vond McCarthy voor doel en de Zuidafrikaan tikte de 1-0 binnen.  Rafael Benitez haalde de falende Crouch naar de kant voor Dirk Kuyt en de Nederlander testte op zijn beurt de reflexen van Friedel, maar de Amerikaanse reus gaf geen krimp.  De thuisgoalie was wat later, op een schot van Xabi Alonso, toch geklopt, maar de bal kaatste tegen het doelkader.  De Spanjaard lanceerde nog een prima schot op doel, maar een al even prima redding van Friedel voorkwam de gelijkmaker.  De gefrustreerde Alonso stopte, met een doodschop, dan maar McCarthy onder de zoden en mocht van geluk spreken dat het slechts geel opleverde.

 

Behalve nog wat gele kaarten leverde het slotkwartier niet bijster veel meer op.  Liverpool-manager Benitez moet zich waarschijnlijk vol ongeloof afvragen hoe het mogelijk was dat zijn team op Ewood Park met lege handen achterbleef.  Dankzij de overwinning maken de Rovers een fikse sprong in de rangschikking en met nog een wedstrijd te goed krijgen de jongens van Mark Hughes opnieuw wat ademruimte.

Voor Liverpool was het eerste tegendoelpunt in meer dan elf uur voetballen genoeg voor de nederlaag.  In de rangschikking zakken de Reds één plaatsje.  Ze staan nu vierde.